null Eye tracking uit het lab naar de klas

OW_Eyetracking_12988_head_large.jpg
Leren
Eye tracking uit het lab naar de klas
Informatieoverdracht in het onderwijs onderzoeken door te kijken naar oogbewegingen. Dat gebeurt niet meer alleen in het lab, maar ook steeds vaker in de klas. OU-onderzoekster Halszka Jarodzka verzorgde er samen met twee vakgenoten een themanummer over, voor het wetenschappelijk tijdschrift Educational Psychology Review.

In een volle klas gebeurt van alles op hetzelfde moment. Allerlei soorten informatie strijden om de aandacht van de leraar en de leerlingen. Door oogbewegingen te meten (eye-tracking) proberen onderzoekers meer te weten te komen over de vaak onbewuste processen die een rol spelen bij een geslaagde kennisoverdracht.

Waar dat vroeger vooral in de nauwkeurig gecontroleerde laboratoriumomgeving gebeurde, laten de zes empirische studies in het themanummer zien dat eye-trackingonderzoek tegenwoordig ook klaar is voor de praktijk: het klaslokaal.  Sommige studies uit het themanummer gebruiken technieken waarbij de oogrichting van een proefpersoon direct wordt gemeten, andere gebruiken beeldanalyse-software die de kijkrichting van leerlingen kan aflezen uit videobeelden.

Artificial intelligence

Het themanummer geeft een dwarsdoorsnede van recente resultaten uit het veld. Bijvoorbeeld dat artificial intelligence in de toekomst beginnende leraren mogelijk kan helpen om leerlingbetrokkenheid te detecteren. Ook blijkt dat studenten in het hoger onderwijs langer dan verwacht hun aandacht bij een college kunnen houden. En een andere studie liet zien dat eye tracking in combinatie met verbale rapportage niet alleen kan laten zien wát de leraar ziet, maar ook waarom.

In een theoretische bijdrage presenteert Jarodzka samen met twee OU-collega’s, voor het eerst een model dat voorspelt hoe de visuele perceptie van leraren samenhangt met wat zich in hun hoofd afspeelt. Daarmee kan het vakgebied volgens de auteurs loskomen uit de exploratieve fase en overgaan op het daadwerkelijk toetsen van hypothesen.

Samenwerking met scholen

Maar dan zal het wel twee forse uitdagingen moeten overwinnen. Methodologische precisie laat zich bijvoorbeeld lastig combineren met de alledaagse realiteit in de klas, met verschillende leeftijdsgroepen en uiteenlopende lesmethoden. En ook de nieuwe Europese privacywetgeving is vaak een struikelblok bij de datacollectie bij grote aantallen, vaak minderjarige leerlingen. Maar de onderzoekers zijn optimistisch en noemen de vaak al goede samenwerking tussen wetenschappers, scholen, leraren en ouders als een veelbelovende ontwikkeling.