null Meisjes in basisonderwijs presteren beter dan jongens

OW_MeisjesJongens_14910_head_large.jpg
Leren
Meisjes in basisonderwijs presteren beter dan jongens
Meisjes van 8-12 jaar zijn over het algemeen beter in het aanleren van dingen dan jongens. Ze hebben sneller door waar het over gaat. Dat blijkt uit een groot onderzoek van Marleen van Tetering en prof. Jelle Jolles van de Vrije Universiteit Amsterdam en prof. Renate de Groot van de Open Universiteit. Hun conclusies zijn onlangs gepubliceerd in het tijdschrift Frontiers in Psychology.

Opleiding van de ouders

Ook de opleiding van de ouders blijkt van belang: kinderen van hoger opgeleide ouders presteren beter dan leerlingen wiens ouders een wat lagere opleiding hebben genoten. Het lijkt dan ook belangrijk om jongens en kinderen van lager opgeleide ouders beter te begeleiden en meer uitleg te geven als ze nieuwe dingen moeten leren, zodat de leervaardiger worden.

Leren en schoolprestaties

De basisschool is een hele intensieve leerperiode voor kinderen. Ze leren nieuwe woorden en de betekenis ervan. Ze leren spellings- en grammaticaregels en die toepassen. Ze leren wat rekenen is, leren rekenregels en leren die toepassen. Ze krijgen begrip van de wereld om ons heen. Vele nieuwe dingen die ze zich eigen moeten maken: ze leren leren. Het tempo waarin ze leren leren varieert enorm tussen kinderen onderling. En het tempo waarin ze leren leren, bepaalt vanzelfsprekend ook de schoolprestaties.

Onderzoeksuitkomsten

Het artikel in Frontiers in Psychology bevat de resultaten van een onderzoek onder basisschoolleerlingen. De leerlingen kregen een leertaak; ze moesten een serie van vijftien plaatjes onthouden. De meisjes deden dat beter dan de jongens. Na één keer de plaatjes bekijken, konden ze er al meer opnoemen en ook na een pauze van een kwartier noemden ze er meer. Voor kinderen van hoger opgeleide ouders geldt hetzelfde. Jongens en kinderen van lager opgeleide ouders hebben dus meer moeite met het verwerken van nieuwe procedures en onbekende informatie. Maar als het materiaal vaker wordt aangeboden is er géén verschil meer.

Sneller, maar niet slimmer

Het is dus niet zo dat de ene groep slimmer is dan de andere. De leercapaciteit van jongens en meisjes, en van kinderen met hoger en lager opgeleide ouders is hetzelfde. Als ze eenmaal doorhebben hoe de taak werkt dan presteren ze even goed. Het verschil zit hem vooral in aandacht en concentratie. Meisjes en kinderen van hoger opgeleide ouders zijn daar beter in. Ze hebben sneller door waar een taak over gaat en scoren dus beter.

Lees het volledige artikel van Marleen A. J. van Tetering, Renate H. M. de Groot en Jelle Jolles Boy–Girl Differences in Pictorial Verbal Learning in Students Aged 8–12 Years and the Influence of Parental Education bij Frontiers in Psychology.