PSY_Symposium_ErvaringInzicht_head_large.jpg
Presentatie door prof. dr. Giel Hutschemaekers
'Werken aan positieve gezondheid, of toch niet?'
 
- presentatie door prof. dr. Giel Hutschemaekers, Radboud Universiteit Nijmegen

Het begrip positieve gezondheid mag zich verheugen op een groeiende populariteit. Volgens Machteld Huber gaat het daarbij om 'the ability to adapt and self-manage in light of the physical, emotional and social challenges of life' (Huber, et. All. 2014). Ziekte is een uitdaging waar mensen meer of minder gezond mee omgaan. Ook veel vaktherapeuten zijn dol op dit onderscheid juist omdat hun therapie zich minder op het verminderen van klachten zou richten en vooral het vermeerderen van gezondheid zou ondersteunen. Het adagium daarbij luidt: sluit aan bij de aanwezige kracht van de cliënt en help die te versterken (empowerment). Daardoor zal persoonlijk herstel tot stand komen. Met behulp van verschillende media zouden vaktherapeuten hun cliënten uitnodigen anders om te gaan met hun klachten en problemen.

Deze visie op vaktherapie is prikkelend en spreekt tot de verbeelding. Maar klopt zij ook? In deze bijdrage zet ik de empirie op een rijtje. Eerst sta ik stil bij het onderscheid tussen ziekte en gezondheid. Ik zal laten zien dat dit onderscheid betekenisvol is, zeker bij gezonde individuen. Vervolgens verleg ik de focus naar de geestelijke gezondheidszorg. Het goede nieuws is dat vaktherapeuten evenveel bijdragen aan vergroting van gezondheid dan aan vermindering van klachten. Het minder goede nieuws is echter, dat op grond van cijfers maar weinig overblijft van dat onderscheid tussen ziekte en gezondheid bij cliënten in de GGZ.

Prof. dr. Giel Hutschemaekers