null Kwaliteitsafspraken aan de OU

ALG_UitslagITK_12075_head_large.jpg
Kwaliteitsafspraken aan de OU
In de Wet Studievoorschot (2015) is bepaald dat de middelen die vanaf 2018 vrijkwamen door de afschaffing van de basisbeurs, ter beschikking zouden komen van de hogescholen en universiteiten voor verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. De zes landelijke kwaliteitsthema’s waarop kon worden ingezet waren onderwijsintensiteit, onderwijsdifferentiatie, docentkwaliteit, onderwijsfaciliteiten, begeleiding van studenten en studiesucces. De OU heeft daaruit twee hoofdthema’s gekozen: ‘vergroten studiesucces’ in combinatie met ‘begeleiding studenten’ en het ‘verbeteren van onderwijsfaciliteiten’ in combinatie met ‘docentprofessionalisering’. Voor de uitvoering is het programma Kwaliteitsafspraken ingericht waarbinnen jaarlijks een projectportfolio wordt opgesteld.

Geen basisbeurs maar beter onderwijs

In de Wet Studievoorschot (2015) is bepaald dat de middelen die vanaf 2018 vrijkwamen door de afschaffing van de basisbeurs, ter beschikking zouden komen van de hogescholen en universiteiten voor verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Hoewel studenten van de OU geen basisbeurs kregen, zijn ook aan de OU extra gelden toegekend: de zogenoemde Kwaliteitsmiddelen. Over een periode van 6 jaar (2019 – 2024) gaat het om een jaarlijks oplopend bedrag van in totaal zo’n €8.5m. Aan deze toekenning zijn echter wel voorwaarden verbonden. Zo moest er samen met de medezeggenschap een plan geschreven worden voor de besteding van de middelen, en dat plan (zie bijlage) moest worden goedgekeurd door het Ministerie van OCW. Dat is voor de OU gebeurd in april 2019 en sindsdien zijn we aan de slag.

Medezeggenschap mede aan zet

De zes landelijke kwaliteitsthema’s waarop kon worden ingezet waren onderwijsintensiteit, onderwijsdifferentiatie, docentkwaliteit, onderwijsfaciliteiten, begeleiding van studenten en studiesucces. De OU heeft in nauw overleg met de Gezamenlijke vergadering van Studentenraad en Ondernemingsraad (GV) besloten daaruit twee hoofdthema’s te kiezen: 'vergroten studiesucces' in combinatie met 'begeleiding studenten' en het 'verbeteren van onderwijsfaciliteiten 'in combinatie met 'docentprofessionalisering'. Voor de uitvoering is het programma Kwaliteitsafspraken ingericht, waarbinnen jaarlijks met de GV een projectportfolio wordt opgesteld. Deze samenwerking vindt plaats in het (informele) Overleg Kwaliteitsafspraken en in de (formele) Stuurgroep Kwaliteitsafspraken onder voorzitterschap van de rector van de OU, prof. dr. Theo Bastiaens.

Veertje Compen, portefeuillehouder Kwaliteitsafspraken in de Studentenraad (SR), geeft aan dat deelname aan de kwaliteitsafspraken voor de SR dé manier is om bij te dragen aan de kwaliteit van het onderwijs. Guy Janssens, portefeuillehouder Kwaliteitsafspraken in de Ondernemingsraad (OR), vult daarop aan dat het programma van projecten dat voor de Kwaliteitsafspraken loopt een uitstekende manier is om bottom-up en top-down gecontroleerd de kwaliteit van het onderwijs bij de OU te verbeteren. Vanuit de organisatie zelf en vanuit studenten worden zo ideeën voor verbetering aangedragen. De uitwerking van de ideeën wordt vanuit de organisatie top-down zodanig gecoördineerd en afgestemd met studenten dat deze voor de hele OU kwaliteitsverbeteringen opleveren. Door de centrale coördinatie en bewaking (ook vanuit de medezeggenschap), worden de individuele projecten nauwgezet gevolgd en worden problemen op tijd binnen de projecten gesignaleerd en opgelost. De kwaliteitsverbetering binnen de OU is daardoor transparant en beheersbaar. Door de Kwaliteitsafspraken zijn er al behoorlijk wat producten ontwikkeld die op dit moment daadwerkelijk in het onderwijs gebruikt worden en een toegevoegde waarde hebben voor de studie van studenten. Het concept werkt dus zoals oorspronkelijk bedoeld.

What’s in it for you? Een tussenstand

In 2019, het eerste jaar van de Kwaliteitsafspraken, was er veel aandacht voor de werking van het OU onderwijsmodel gericht op activerend academisch afstandsonderwijs, waarin online onderwijs, face-to-face-onderwijs en goede begeleiding samenkomen. Kennisdeling, onderzoek, (cursus)evaluaties en een nieuw studentenpanel zijn ingezet om beter zicht te krijgen op de mate van tevredenheid over het onderwijs aan de OU en op de kansen om de kwaliteit te verbeteren. Om al die kennis goed te borgen is er een Kennisportaal ingericht waarin docenten tips, achtergronddocumentatie en adviezen kunnen vinden en delen over (online) onderwijsontwikkeling, over het begeleiden van studenten bijv. bij hun scriptie, en over toetsing en kwaliteitszorg. Voor studenten is Studiecoach (inloggen) ontwikkeld, een portaal in yOUlearn met studietips en online tutorials over onderwerpen als effectief studeren, academisch schrijven, literatuuronderzoek, tentamenvoorbereiding, geheugentraining en time management. Voor de aspirant student is gewerkt aan een self assessment en bij enkele opleidingen zoals CW aan een module proefstuderen. Binnen het thema Verbeteren onderwijsfaciliteiten is het gebruik van virtuele klassen verder ontwikkeld en is er een start gemaakt met de vervanging van de (verouderde) toetsinfrastructuur van de OU. Deze laatste ontwikkeling heeft in 2020 een vlucht genomen, waarbij digitale toetsing en e-proctoring versneld kunnen worden ingevoerd.

Het portfolio 2020 was deels een uitbreiding van 2019, met nieuwe tutorials in Studiecoach, het instellen van een alumnipanel en het opstarten van een drop-put onderzoek om na te gaan waarom OU studenten voortijdig stoppen met hun studie. Er zijn echter ook weer veel nieuwe initiatieven opgepakt. Zo is er een start gemaakt met het inrichten van Showcases, een soort demonstratie-cursussen van wat er allemaal kan binnen het online OU onderwijs. Design thinking – een ontwerpmethode waarin de klant (i.c. de student) het uitgangspunt vormt – was de basis hiervan. Een grote groep docenten, studenten en alumni nam deel aan deze ontwerpsessies en reageerde enthousiast, al waren sommige deelnemers bij de start best wel wat sceptisch over de aanpak. Het vraagt immers om een stukje ‘loslaten’. Waar docenten gewend zijn om direct vanuit oplossingen te denken, werden deelnemers tijdens dit traject gestimuleerd om samen met de student na te denken over een oplossing. ‘Niet denken voor de student maar met de student’ was een veel gehoorde opmerking. Dat bleek ook wel tijdens de gesprekken met studenten en alumni die echt hun eigen perspectief inbrachten. Wat voor de één een mooie laagdrempelige voorziening kan zijn - bijvoorbeeld het organiseren van sociaal contact tussen studenten - kan voor de ander juist een belemmering opleveren. Op verschillende plekken binnen de OU zal deze aanpak zeker terugkomen.

Een andere verbeterslag, speciaal voor studenten met een ondersteuningsvraag, is het Buddy programma. De eerste pilot koppelt 25 studenten aan een buddy bij wie ze terecht kunnen met studie-gerelateerde hulpvragen of om ervaringen uit te wisselen. Het nieuwe Platform functiebeperking informeert studenten met een ondersteuningsvraag over speciale (tentamen-) voorzieningen en begeleiding. Via dit platform kunnen studenten ook voorzieningen aanvragen.

Binnen het thema Verbeteren onderwijsfaciliteiten zijn twee serious games in ontwikkeling: Junior scientist bij Psychologie en Presenteren in een juridische setting bij Rechten. Verder is er bij Rechten een groot aantal kennisclips gemaakt waarin inhoudelijk lastige onderwerpen binnen diverse rechtsgebieden kort en helder worden uitgelegd. Studenten zien ze als een mooie aanvulling op de leerstof: 'De kennisclips heb ik als leerzaam ervaren omdat het in mijn ogen een beeld geeft van hoe bepaalde vraagstukken in de rechtspraktijk eruit zien…' en 'Ik vind het fijne clips. Ze zijn kort en bondig, maar wel interessant gebracht… ik leer beter als ik dingen hoor dan als ik dingen lees. Dus wat mij betreft hoe meer clips hoe beter ;-)'. Op basis van deze ervaringen is een algemene instructie gemaakt zodat ook andere opleidingen met kennisclips aan de slag kunnen. Zo zijn er inmiddels ook al korte presentatieclips gemaakt door docenten(teams), waarin ze iets over hen zelf en/of de cursus vertellen.

Het project groepswerk won in 2020 de OU-onderwijsprijs. In dit project wordt een tool ontwikkeld voor groepswerk binnen de opleiding BPMIT. Enkele reacties van studenten hierop: 'Ik vind het een mooie tool die kan helpen bij ondersteuning van de teams' en 'Wanneer de eigen reflectie in de tool wordt meegenomen, worden de verschillen tussen hoe je het eigen functioneren percipieert en hoe de teamleden jou ervaren direct zichtbaar'. De tool kan ook helpen om daar waar de samenwerking moeizaam verloopt de vinger tijdig op de zere plek te leggen: 'In één vak kwamen we er eigenlijk laat achter dat iemand weinig deed en dat is funest voor het groepsproces. Deze aanpak gaat daarbij zeker helpen om tijdig te signaleren en op te volgen'.

Een bijzonder project was mixed meetings, een technische voorziening die het mogelijk maakt om synchroon en met behoud van een hoge kwaliteit van geluid en beeld studenten thuis en tegelijkertijd een OU-locatie samen te laten werken tijdens een college, een studiedag of een meeting. Zodra de deuren van de OU weer open kunnen, kan hiervan volop gebruik gemaakt worden.

Ook voor 2021 is er - in samenspraak met de GV - een portfolio van projecten vastgesteld. Deze keer echter met een specifieke focus op twee onderwerpen: Feedback en Scriptiebegeleiding in de master. Hiervoor zijn twee bredere kaderprojecten ontwikkeld waarbinnen diverse facultaire initiatieven worden uitgewerkt en verbonden. Een combinatie dus van bottom-up en top-down, om zo de impact van deze projecten op de hele OU te vergroten. Onderzoek naar de werking van het OU-onderwijsmodel wordt voortgezet door onder meer de inrichting van een docentenpanel. Het drop-out onderzoek uit 2020 krijgt opnieuw aandacht waarbij zo mogelijk ook data uit de leeromgeving gebruikt gaan worden. Het project Professionalisering Groepswerk is een voortzetting van het eerdere project bij BPMIT en ook Showcases continued bouwt voort op de eerste aanzet in 2020 en breidt deze uit met cursussen in alle faculteiten. Daarnaast zijn er in 2021 een aantal nieuwe projecten gestart. Zo wordt er bij Psychologie gewerkt aan een nieuwe serious game De HR manager en bij Rechten aan de serious game Formeel Strafrecht. Die game past binnen de speciale aandacht die deze faculteit wil besteden aan de begeleiding van studenten als onderdeel van het OU onderwijsmodel. Binnen de faculteit Bèta zijn diverse kleinere projecten gestart die ook beogen de begeleiding van studenten te verbeteren: de ontwikkeling van interactieve webinars, van videochunks (een soort kennisclips) bij cybersecurity, van een online tutoring systeem bij logica en van een gratis cursus voor beginnende Bèta-studenten die extra hulp kunnen gebruiken bij wiskunde. Bij Onderwijswetenschappen wordt bekeken of en hoe een chatbot (een soort online study buddy) studenten effectief kan ondersteunen bij hun zelfstudie. Dus ook in 2021 zal het programma met dit portfolio weer een concrete bijdrage leveren aan de kwaliteit van het OU onderwijs.

Voor vragen over het OU-programma Kwaliteitsafspraken, kun je terecht bij je OR- of SR-vertegenwoordiger, of bij het programmamanagement: Emilie Hilbers en Han Roffelsen.

Kijk voor meer informatie over de kwaliteitsafspraken op landelijk niveau, op www.kwaliteitsafspraken.nl, een website van het Landelijk Loket Kwaliteitsafspraken, op initiatief van de VH, VSNU, LSVb en het ISO.

Aan deze publicatie werkten mee: Emilie Hilbers, Han Roffelsen, Veertje Compen en Guy Janssens.

Meer nieuwsberichten                                                                                                                Meer agenda items