Platteau beschrijft in zijn proefschrift verschillende hiv-onderzoeken die naast elkaar hebben plaatsgevonden. 'We zijn gestart met het ontwikkelen, implementeren en evalueren van twee opeenvolgende hiv-testing strategieën als biomedische interventies. Binnen de gedragsmatige dimensie hebben we een effectiviteitsonderzoek gedaan naar condoomgebruik bij mensen met hiv in Europa. Daarnaast hebben we onderzocht of swingers een 'nieuwe' sleutelpopulatie voor hiv is, ten behoeve van structurele interventie. Met een multidisciplinair team werden plaatsen bezocht waar mensen uit de sleutelpopulaties samenkomen. We hebben ons vooral gericht op mannen die seks hebben met mannen, daar zij in België nog steeds een groep zijn die hard geraakt is door hiv.'
Effect van testen en innovatie
De effectiviteit van innovatie binnen de hiv-preventie is in het onderzoek nadrukkelijk meegenomen. Op biomedisch vlak werd het testen uitgelicht. 'Tijdens een eerste project organiseerden we outreach acties waarbij we bij de deelnemers een bloedstaal afnamen. De testresultaten werden op een later tijdstip via sms doorgegeven. Later schakelden we over naar speekselstalen, waardoor mensen zelf hun staal konden afnemen en opnemen. Daardoor konden ze ook via een website een testpakket bestellen', licht Platteau toe. 'Beide test interventies werden effectief bevonden; respectievelijk 2.9% en 2.2% van de deelnemers werd met hiv gediagnosticeerd. Deze percentages liggen hoger dan de consensus van 0.1% als grens voor kosteneffectiviteit binnen hiv testing projecten.'
Gedrag, gezondheid en condoomgebruik
Het gedragsmatige onderzoek beschrijft een toename van de seksuele activiteit bij een groep Europese hiv-positieve mannen die seks hebben met mannen in vergelijking met onderzoek eerder in de hiv-epidemie. 'Dit impliceert dat geïnvesteerd moet worden in de ondersteuning en begeleiding van mensen met hiv rond hun seksuele gezondheid'.
De effectiviteit van een counseling-interventie met gebruik van computermaterialen (inclusief videoclips en interactieve diapresentaties) om condoomgebruik te verhogen, werd getoetst in verschillende Europese landen. Een verhoging van condoomgebruik werd waargenomen drie maanden na het beëindigen van de interventie, wat bewijs aanlevert voor korte termijn effectiviteit. De lange termijn effectiviteit (tot zes maanden na de interventie) kon niet bewezen worden. Volgens Platteau zouden één of meer booster sessies mogelijks dit effect kunnen versterken.
Structurele preventie
Platteau onderzocht tevens of swingers een 'nieuwe' sleutelpopulatie voor hiv vormen. Door middel van een online vragenlijst werd de seksuele gezondheid van deze groep gemeten, hun risico om hiv en seksueel overdraagbare aandoeningen (soa) op te lopen, en hun ervaringen met testing. Platteau: 'In vergelijking met de algemene bevolking waren swingers seksueel erg actief, en konden we verschillende risicofactoren opsporen die hen kwetsbaar maken om hiv en soa op te lopen. Ondanks het feit dat swingers hun weg vinden naar bestaande gezondheidsstructuren om zich te laten testen, dienen het uitbouwen van deze structuren en het aanbieden van alternatieve opties voor testen overwogen te worden.'
Permanente evaluatie van hiv-preventie cruciaal
Een effectieve bijdrage aan hiv-preventie is mogelijk en blijft noodzakelijk. Platteau: 'Op gebied van testing is het belangrijk zoveel mogelijk mensen met hiv die hun status niet kennen, een verscheidenheid aan teststrategieën voor hiv en soa aan te bieden. Als mensen gediagnosticeerd zijn, is de link naar de zorg een integraal onderdeel van de preventie. Belangrijk is de kwaliteit van hiv-zorg, deze wordt bepaald door de toegankelijkheid en door een team van gezondheidswerkers met medische en psychologische expertise die hun patiënten behandelen met een open en respectvolle attitude. Op alle dimensies van hiv-preventie is een permanente evaluatie van de activiteiten nodig ten behoeve van effectiviteit en relevantie. We moeten interventies aanpassen aan de snelle evolutie van technologieën en opkomende trends. Online activiteiten, gebruiksgemak en aantrekkelijkheid van het aanbod, met waarborg van kwaliteit en standaarden, zijn daarbij belangrijke elementen. Gecomputeriseerde technologieën kunnen nieuwe gebruikers aantrekken en zouden aandacht moeten krijgen in onderzoek en de klinische praktijk.'
Tom Platteau, is werkzaam bij het Instituut voor Tropische Geneeskunde in Antwerpen. Hij verdedigt op 9 februari 2018 om 13.30 uur bij de Open Universiteit in Heerlen zijn proefschrift met als titel: 'Hoe kan hiv preventie beter? Ontwikkeling, implementatie en evaluatie van interventies passend binnen combinatiepreventie bij sleutelpopulaties.'
Promotor is prof. dr. J. van Lankveld, Open Universiteit. Co-promotor is dr. E. Florence, Instituut voor Tropische Geneeskunde in Antwerpen.
Tom Platteau