Ontmoet ons op de Onderwijs Research Dagen in Leuven
Een Gelaagd Model voor Multimedia-assessment: LAMMP
Andrienne Kerckhoffs, José Janssen, Ron Pat-El, Halszka Jarodzka
De digitalisering van toetsing maakt multimedia in assessments eenvoudiger, maar duidelijke ontwerprichtlijnen ontbreken nog. Het LAMMP-model structureert multimedia-assessments via vier lagen en benadrukt expliciet het doel van multimedia: efficiëntie, effectiviteit, gebruikersbeleving en toegankelijkheid. Het model biedt theoretische en praktische handvatten voor systematisch ontwerp en helpt toetsen beter af te stemmen op deelnemers. Zo vormt LAMMP een eerste stap naar een flexibel en evidence-based model voor innovatieve toetsing.
Invloed van Essentiële Afbeeldingen in Toetsitems op Prestatie en Kijkgedrag
Jorik Arts, Wilco Emons, Desirée Joosten-ten Brinke, Halszka Jarodzka
Afbeeldingen in toetsitems kunnen de prestaties verbeteren en de ervaren moeilijkheid verlagen, maar dit effect hangt af van de functie van de afbeelding. Essentiële afbeeldingen, die cruciale informatie bevatten, beïnvloeden soms de prestatie en kijkgedrag, maar niet altijd. Eye-tracking laat zien dat afbeeldingen het kijkgedrag veranderen doordat deelnemers minder tijd aan de tekst besteden. Deze resultaten benadrukken het belang van zorgvuldig ontwerp van toetsitems, waarbij het LAMMP-model kan helpen bij het verklaren van variatie in effecten.
De ontwikkeling van beroepsnarratieven van mbo-studenten tijdens economische beroepsopleidingen
Kathinka van Doesum, Elly de Bruijn, Ilya Zitter
Studenten ontwikkelen tijdens hun opleiding niet alleen beroepskennis, maar ook hun beroepsidentiteit via interactie met hun beroepsgemeenschap, wat zich uit in beroepsnarratieven. Bij economiestudenten in het middelbaar beroepsonderwijs verloopt dit identiteitsproces moeizamer dan in andere domeinen. Een longitudinale multiple case study volgt veertien studenten drie jaar lang via kwartaalinterviews. De eerste bevindingen laten zien dat deze studenten vaak beginnen zonder een duidelijk beroepsbeeld of concrete verwachtingen.
De Relatie tussen flexibel leren, psychologische basisbehoeften, motivatie en zelfgereguleerd leren bij studenten
Joyce Neroni, Martine Baars, Lisette Wijnia, Marloes Nederhand, Petrie van der Zanden
Flexibel leren wordt in het hoger onderwijs steeds populairder, omdat het inspeelt op diverse leerbehoeften van studenten, maar een mismatch tussen waargenomen en gewenste flexibiliteit kan motivatie en zelfregulatie negatief beïnvloeden. Dit onderzoek bekijkt de relatie tussen flexibel leren, basisbehoeftebevrediging, motivatie en zelfgereguleerd leren bij studenten. De resultaten van een kwantitatieve vragenlijststudie zijn in ontwikkeling en de discussie richt zich op de implicaties voor flexibel onderwijs en vervolgonderzoek.
Collectief leren construeren
Femke Nijland, Marjan Vermeulen
Professionele leergemeenschappen (PLG's) versterken het leren van onderwijsprofessionals, maar collectief leren ontstaat niet vanzelf. Dit artikel beschrijft vier psychologische mechanismen en voegt een vijfde toe: sociale equivalentie, die gedeelde normen aan onbekende collega’s toeschrijft en collectieve aandacht bevordert. Een lemniscaat-model toont collectief leren als een iteratief proces waarin collectieve aandacht centraal staat en wordt versterkt door de wisselwerking tussen individuele en collectieve mechanismen. Dit proces verdiept leerrelaties en kennis, maar blijft kwetsbaar voor verstoringen.
De rol van kennisrijke curricula in het verkleinen van prestatieverschillen in het leerplichtonderwijs
Claudio Vanhees, Jasper Nijlunsing, Daniel Muijs, Michiel Wils, Paul Kirschner, Tim Surma
Achtergrondkennis is essentieel voor leren, maar verschilt sterk tussen leerlingen, vooral door sociaaleconomische factoren. Kennisrijke curricula bouwen systematisch kennis op en bevorderen diepgaand leren en gelijke kansen zonder negatieve effecten op sociaal-emotionele ontwikkeling. Recente studies tonen aan dat deze curricula de leeruitkomsten op lange termijn verbeteren en prestatieverschillen verkleinen. Verdere analyse van hun ontwerp en toepassing kan waardevolle richtlijnen bieden voor beleid en praktijk.
Linguïstische verschillen tussen zelfgeschreven en met behulp van AI gegenereerde studentteksten in het hbo-ICT
Jan Willem Boer, Howard Spoelstra
De opkomst van generatieve AI zoals ChatGPT roept toetsingsvragen op in het onderwijs. Deze studie onderzocht of linguïstische kenmerken kunnen helpen om AI-gegenereerde teksten van studentteksten te onderscheiden. Zelfgeschreven teksten bleken significant leesbaarder en complexer (perplexiteit), terwijl AI-teksten emotioneler scoorden; hiermee kon in 92% van de gevallen correct worden vastgesteld of ChatGPT was gebruikt. Hoewel docenten 76% correct classificeerden, labelden zij 19% van de echte studentteksten onterecht als AI. Voorzichtigheid blijft dus geboden.
Samenzijn in pluraliteit. Een participatief onderzoek naar perspectieven op betekenisvol burgerschapsonderwijs in het beroepsonderwijs
Bart Dekker, Olga Firssova
Deze studie onderzoekt hoe studenten, docenten en beleidsmakers betekenisvol burgerschapsonderwijs in het mbo definiëren en welke pedagogisch-didactische aanpak daarbij past. Vijfenzeventig deelnemers werkten mee via Group Concept Mapping. Ze zien ‘omgaan met diversiteit en verschillen’, ‘kritisch denken’ en ‘invloed uitoefenen’ als de kern van burgerschap. Deze vorm van ‘samenzijn in pluraliteit’ vraagt om ruimte voor dialoog, samenwerking in diverse groepen, keuzevrijheid en leren in authentieke contexten. Opvallend is dat docenten minder vertrouwen hebben dan studenten in hun vermogen om dit vorm te geven in de klas. De resultaten onderstrepen het belang van gezamenlijkheid en verbinding tussen maatschappelijke vraagstukken, beroepspraktijk en persoonlijke ontwikkeling.
Het Effect van Afbeeldingen in Refutatieteksten op Kennisrevisie bij Studenten in het Hoger Natuurwetenschappelijk Onderwijs
Hannie van der Honing, Leen Catrysse
Veel studenten in het hoger natuurwetenschappelijk onderwijs hebben hardnekkige misconcepties. Deze studie onderzocht of refutatieteksten met afbeeldingen effectiever zijn dan teksten zonder afbeeldingen om deze misconcepties te corrigeren. Uit een experiment met 38 bachelorstudenten bleek dat afbeeldingen het onthouden van correcte informatie op de korte termijn verbeterden. Eye-tracking toonde aan dat deelnemers de afbeeldingen daadwerkelijk bekeken, maar op de lange termijn bleek er geen extra effect op kennisrevisie. Vervolgonderzoek moet uitwijzen welke factoren
De verbinding tussen onderwijspraktijk en onderwijsonderzoek: praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek in de context van het mbo
Elly de Bruijn, Jeroen Rozendaal
Docenten in het middelbaar beroepsonderwijs zijn essentieel voor het opleiden van vakmensen en vormen de verbinding met het beroepsdomein. Dit symposium presenteert drie onderzoeken: de professionalisering van zij-instromers, de voortdurende ontwikkeling van ervaren docenten, en de onderzoekende vaardigheden van zorgstudenten. Elk onderzoek benadrukt de betekenis vanuit het beroepsdomein en draagt bij aan zowel theorie als praktijk in het mbo. Hiermee sluit het aan bij het thema 'Niets zo praktisch als een goede theorie.'
Inductietrajecten voor zijinstromers in het beroepsonderwijs: een scoping review
Edy van Renselaar, Patricia Brouwer, Mieke Koeslag-Kreunen, Elly de Bruijn
Veel zijinstromers in het beroepsonderwijs stoppen binnen vijf jaar, waardoor effectieve inductietrajecten essentieel zijn. Deze studie onderzoekt internationale literatuur om ondersteunende elementen voor inductie van zijinstromers in het mbo te identificeren. Belangrijke elementen zijn onder meer de ontwikkeling van een tweede professionele identiteit, betrokkenheid van het netwerk, begeleiding op maat en erkenning van het meegebrachte sociaal kapitaal. De resultaten bieden handvatten voor betere inductietrajecten en roepen op tot verder onderzoek naar de toepassing in de praktijk.
Het illustreren van leren: een multiple case-study naar continue professionele ontwikkeling van ervaren mbo-docenten
Marjanne Hagedoorn, Maaike Koopman, Elly de Bruijn
Continue professionele ontwikkeling is cruciaal voor de kwaliteit van mbo-onderwijs, maar mbo-docenten blijven onderbelicht in onderzoek. Deze multiple case study volgt drie ervaren mbo-docenten met verschillende leerprofielen, gericht op lesgeven, schooltaken en bredere context. Hun leeractiviteiten variëren van experimenteren en reflecteren tot samenwerking met stakeholders en loopbaanontwikkeling. De studie biedt een holistisch beeld van hun leren en ondersteunt de dialoog over effectieve docentprofessionalisering.
Onderzoekende vaardigheden in het beroepsmatig handelen van mbo-verzorgenden en mbo-verpleegkundigen
Erica Wijnands-Pot, Annoesjka Boersma, Elly de Bruijn
Gezondheidszorgstudenten in het mbo moeten onderzoekende vaardigheden (OZV) ontwikkelen om praktijkuitdagingen effectief aan te pakken, maar onderzoek naar OZV als beroepsmatig handelen is beperkt. Deze studie onderzoekt hoe mbo-verzorgenden en -verpleegkundigen OZV inzetten en welke factoren dit triggeren, via interviews met professionals en docenten. Voorlopige resultaten tonen dat OZV vooral gericht zijn op patiëntgerichte werkzaamheden en dat persoonlijke en praktijkfactoren hierbij een rol spelen. De bevindingen verdiepen het begrip van OZV bij mbo-professionals en geven handvatten voor hun opleiding en beroepspraktijk.
Het Didactisch Contract
Dorieke Swinkels-Veldt, Rutger van de Sande, Femke Nijland, Marjan Vermeulen
Het Didactisch Contract (DC) omvat de impliciete regels tussen leraar en leerlingen over leerinhoud en communicatie in de klas. Het verbreken van het DC is een dynamisch proces met mogelijke gevolgen zoals spanningen, verkeerde kennis, maar ook het ontstaan van nieuwe contracten en leren. Deze integratieve literatuurstudie onderzoekt de kenmerken en beïnvloedende factoren van DC’s vanuit het perspectief van leerlingen en docenten, en vergelijkt hun percepties. Het resultaat is een beschrijvend raamwerk voor de analyse van DC’s, met vakinhoud als een belangrijke, maar controversiële factor.
Modelleren van Peerfeedback in het Online Hoger Onderwijs
Maartje Henderikx, Emmy Vrieling, Maurice Wielens
Dit onderzoek onderzocht hoe peerfeedback (PFB) modelleerfases observatie en emulatie effectief geïntegreerd kunnen worden in online hoger onderwijs. Via documentanalyse, docentinterviews en studentreflecties in een mastercursus werden kansen en waardering voor deze fases verkend. Docenten zien mogelijkheden in het delen van voorbeelduitwerkingen en beoordelingscriteria, terwijl studenten vooral concrete hulpmiddelen en meer docentfeedback waarderen. De studie levert praktische adviezen voor het expliciet vormgeven van PFB-modelleerfases en benadrukt het belang van faciliteiten voor studentcontact en vrijheid in communicatie.
Praktische cognitieve principes voor instructie: wat is bewezen in de context van het hoger onderwijs?
Guus Lambert, Hanneke Theelen, Gino Camp
Deze review onderzoekt de effectiviteit van evidence-based instructieprincipes uit drie theorieën binnen het hoger onderwijs, gericht op de klascontext. De meeste principes hebben een positief effect op leeruitkomsten, maar specifieke onderzoeken in de klaspraktijk van het hoger onderwijs zijn schaars, waardoor generaliseerbaarheid beperkt is. Effectgroottes variëren en worden beïnvloed door factoren zoals voorkennis, terwijl klassikale studies vaak minder sterke effecten laten zien dan laboratoriumonderzoek. Toekomstig onderzoek moet de toepassing van deze principes in de klasomgeving van het hoger onderwijs explicieter bestuderen om docenten beter te ondersteunen.
Richtlijnen voor een robuust ontwerpkader van hybride leren: Een Group Concept Mapping Studie
Olga Firssova, Slavi Stoyanov
Deze studie ontwikkelde een overkoepelend ontwerpkader voor hybride leren via Group Concept Mapping met experts en AI-ondersteunde literatuurstudie. Ze identificeerden zeven categorieën ontwerprichtlijnen, zoals personaliseren van onderwijs, samenwerkend leren en stimuleren van zelfregulatie. Individualisering werd als het belangrijkst, maar ook het minst haalbaar ervaren, terwijl er discussie was over zelfregulatie. Het raamwerk biedt een basis voor het duurzaam ontwerpen van hybride onderwijs in het hoger onderwijs.
Hoe sociale relaties studenten laten leren
Femke Nijland, Stefan Robbers, Olga Firssova, Marjan Vermeulen
Netwerkgeletterdheid is het vermogen om sociale netwerken te bouwen die aansluiten bij individuele leerbehoeften, gebaseerd op vijf psychologische mechanismen. Onderzoek onder 40 studenten toont een correlatie tussen het aantal inkomende contacten (indegree) en het attribueren van sociale equivalentie, waarbij studenten gelijke normen en overtuigingen toeschrijven aan medestudenten. Interviews laten zien dat deze toeschrijvingen het aangaan van leerrelaties vergemakkelijken en later worden bijgesteld. Gerichte interventies op social equivalence kunnen netwerkvaardigheid en daarmee het leerproces van studenten versterken.
Serious game voor serieus probleem: verbeteren van kennis en houding van (toekomstige) leerkrachten over hoogbegaafdheid
Kim Smeets, Emmy Vrieling, Mariska Poelman, Anouke Bakx
Onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen schiet in Nederland vaak tekort, mede door beperkte kennis en negatieve houdingen van leerkrachten. Deze studie ontwikkelde en testte een serious game, enIQma, als alternatief voor traditionele professionalisering, gebaseerd op actieve leerprincipes en praktijkbehoeften. In een quasi-experiment met 105 pabostudenten bleek de game even effectief als een college in het vergroten van kennis, maar het college verbeterde de houding sterker. De game biedt een wetenschappelijk onderbouwd, praktijkgericht hulpmiddel om leerkrachten beter voor te bereiden op onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen.
Ga voor het volledige programma en aanmelding naar de conferentiesite.