Overeenkomstenrecht

Mensen zijn aangewezen op samenwerking. In de economie en het handelsverkeer krijgt deze samenwerking vorm door het sluiten van overeenkomsten. De frequentie waarmee in het economisch verkeer overeenkomsten worden gesloten maakt het overeenkomstenrecht dan ook tot een essentieel onderdeel van ons rechtssysteem. Het overeenkomstenrecht bevindt zich in het hart van het privaatrecht. Het is ook een omvangrijk rechtsgebied, dat niet geheel kan worden behandeld binnen de kaders van dit vak. Centraal staan de belangrijke kernleerstukken van het algemene overeenkomstenrecht uit Boek 3 en Boek 6 BW en de belangrijkste bijzondere overeenkomst, de koop, geregeld in Boek 7 BW. Het vak gaat in op vragen rond totstandkoming, inhoud en gelding en niet)-nakoming van de overeenkomst. Vragen als: kun je onderhandelingen afbreken zonder verplichtingen als er geen overeenkomst tot stand komt? Wat betekent het als iemand namens jou onbevoegd een overeenkomst sluit? Welke juridische mogelijkheden heb je om een (koop)overeenkomst ongedaan te maken? Hoe dergelijke conflicten juridisch moeten worden opgelost, komt in de cursus uitvoerig aan de orde. Aan de hand van casusposities worden de opgedane theoretische inzichten toegepast. Het vak vestigt ook de aandacht op kernjurisprudentie op het terrein van het overeenkomstenrecht die de toepassing van wettelijke bepalingen verder verduidelijkt, open normen van nadere invulling voorziet of kwesties behandelt die wettelijk niet (afdoende) geregeld zijn. Tot slot wordt de rol van regelgeving en jurisprudentie die in Europa is tot stand gebracht bij de invulling van verschillende aspecten van het overeenkomstenrecht aan de orde gesteld.

Leerdoelen
Na bestudering van de cursus dien je onder andere:
- het wettelijk systeem, inclusief de gelaagdheid van het Burgerlijk Wetboek, ten aanzien van het overeenkomstenrecht en de beginselen die aan het overeenkomstenrecht ten grondslag liggen, te kunnen beschrijven en de kernbegrippen van het Nederlandse overeenkomstenrecht toe te kunnen passen in concrete casussen.
- bepaalde, in het vak nader omschreven, kernleerstukken van het overeenkomstenrecht op het terrein van totstandkoming, inhoud, gelding en uitvoering van de overeenkomst uit te kunnen leggen en toe te kunnen passen in concrete casussen.
- op een aantal concrete terreinen (bijvoorbeeld algemene voorwaarden, koop) uit te kunnen leggen wat Europeanisering van het contractenrecht inhoudt.
- kernjurisprudentie op de in dit vak nader omschreven deelterreinen van het overeenkomstenrecht te bestuderen en te analyseren en daarvan zowel op theoretisch niveau als in concrete casussen blijk van te geven.
- de relevante elementen in een actuele contractenrechtelijke casus te identificeren en om zelfstandig een juridische oplossing te bedenken en/of de gevolgen in contractenrechtelijke casussen te beschrijven.