null Onderzoek: Het oudere brein kan minder goed leren, maar wel beter voorspellen

PSY_Oudere_brein_21130_head_large.jpg

Onderzoek: Het oudere brein kan minder goed leren, maar wel beter voorspellen

Ouderdom komt met gebreken, horen we vaak. Maar is dat de hele waarheid? Dr. Stefan Gruijters, verbonden aan de faculteit Psychologie van de Open Universiteit, en een aantal regionale collega's van RWTH Aachen en Maastricht University bieden een ander perspectief op de ouder wordende menselijke geest. Hun artikel in 'The Journals of Gerontology: series B' geeft een evolutionaire kijk op wetenschappelijke inzichten over hoe mensen verouderen en wil verklaren hoe en waarom cognitieve functies verslechteren…. En verbeteren.

Verschuiving in cognitieve vermogens

Gruijters en zijn collega's laten zien dat ouder worden niet alleen gepaard gaat met cognitieve verslechtering. In hun beschouwing geven zij een overzicht van recente neurocognitieve onderzoeken. De inzichten uit die onderzoeken koppelen ze aan theorieën en modellen uit de evolutionaire wetenschappen. Uit hun interpretatie van de literatuur blijkt dat bij het ouder worden weliswaar veel cognitieve functies verslechteren, maar andere blijven stabiel of verbeteren zelfs. Wat afneemt is met name het vermogen om nieuwe informatie te verwerken en op basis daarvan te leren. Maar het vermogen om vergaarde kennis toe te passen blijft stabiel of verbetert zelfs. Door de jaren heen maakt het menselijk brein dus een verschuiving door en kan het gaandeweg beter voorspellen dan leren.

De waarde van voorspellen

Voorspellen verwijst naar een verwachting van de toekomst op basis van opgedane kennis. Hierbij gebruiken we elementen uit het langetermijngeheugen en deze combineren we met informatie die via onze zintuigen binnenkomt. Voorspellen kan een goed alternatief bieden voor leren: naarmate langetermijnherinneringen zich opstapelen wordt onze kennis uitgebreider en breder toepasbaar. Oudere volwassenen blijken in vergelijking met jongeren beter te presteren op het gebied van het semantische geheugen, ook wel 'gekristalliseerde kennis' of langetermijnkennis genoemd. Naarmate ouderen meer moeite ervaren met leren, gaan ze meer af op die bestaande kennis om te voorspellen en interpreteren wat er om hen heen gebeurt.

Evolutionaire verklaringen

Op basis van evolutionaire principes bieden Gruijters en collega's twee verklaringen voor deze verschuiving van leren naar voorspellen. Ten eerste lijkt het gebruik van al aanwezige kennis op latere leeftijd 'kostenbesparend' te zijn: dit kost minder energie dan nieuwe dingen leren. Ten tweede kan levenslang opgebouwde kennis heel nuttig zijn om te behouden: vanuit de theorie van sociaal leren dragen ouderen bij aan het welzijn van het nageslacht door informatieoverdracht. Bijvoorbeeld wanneer iemand kleinkinderen verzorgt of onderwijst. Dit zou vanuit de zogenaamde inclusieve fitness theorie verklaren waarom het 'de moeite waard' kan zijn om opgedane kennis langdurig te behouden, en daarmee het vermogen om te voorspellen ook nog eens langdurig aanwezig blijft.

Wijsheid komt echt met de jaren

De auteurs pleiten ten slotte voor meer onderzoek om niet alleen de achteruitgang bij veroudering beter te begrijpen, maar ook beter te begrijpen welke vermogens behouden blijven of zelfs verbeteren, vanuit een bemoedigend perspectief op verschuiving van vermogens. Mensen kunnen namelijk tot op hoge leeftijd hiervan profiteren. Misschien dat wijsheid dus echt pas met de jaren komt…