null Verkennend onderzoek in de chemseksscene

PSY_TomPlatteau_Chemseks_18978_head_large.jpg
Verkennend onderzoek in de chemseksscene
Homoseksuele seks onder invloed van drugs: voor sommige mannen is zogenaamde chemseks een spannende uitlaatklep. Maar soms leidt het tot psychische problemen en verslaving. Onderzoekers van de OU, het Instituut voor Tropische Geneeskunde in Antwerpen en de Universiteit van Antwerpen gingen op onderzoek in de Belgische chemseksscene.

De onderzoekers interviewden twintig mannen die regelmatig aan chemseks deden om hun ervaringen in kaart te brengen. Zo kregen ze een kijkje in een veelal verborgen wereld, die door schaamte, stigma en angst voor juridische gevolgen vaak aan het zicht onttrokken blijft.

Soa's en psychologische problemen

Chemseks komt relatief veel voor in België en Nederland. Mannen in de chemseks-community gebruiken drugs zoals metamfetamine ('crystal meth'), GHB/GBL, cocaïne, ecstasy en ketamine tijdens seksuele ervaringen met een of meerdere andere mannen. Ze vinden elkaar via datingapps. Chemseks wordt vaak geassocieerd met seksueel overdraagbare ziekten, waaronder hiv. Uit een eerdere studie in de regio Brussel bleek bovendien dat meer dan een op de vier chemseksgebruikers psychologische problemen ervaart zoals depressie, stemmingswisselingen, paranoia, zelfmoordgedachten, slaapstoornissen, hallucinaties en relatie- en financiële problemen.

Bewust van de gevaren

In het verkennende onderzoek van onder andere Tom Platteau, universitair docent aan de OU, bleek dat de meeste respondenten zich bewust waren van de risico's van chemseks. Ze proberen vaak wel iets te doen om die te beperken, zoals persoonlijke grenzen stellen, voldoende glijmiddel meenemen, informatie over drugs opzoeken, sessies zo sessies inplannen dat er voldoende tijd is om weer fit op het werk te verschijnen en preventieve hiv-medicijnen innemen (zoals PrEP). Meestal wordt er ook een logboek bijgehouden van drugsinname. Er was echter ook een kleinere groep die vooral impulsief deelneemt aan chemseks en geen enkele preventieve maatregel neemt. Dit zijn ook de gebruikers die vaker metamfetamine ('crystal meth') gebruiken, werkloos zijn en meer dan een keer per week aan chemseks doen.

Wat als het fout gaat?

Chemseksgebruikers vinden het over het algemeen belangrijk om zorg voor elkaar te dragen: ze houden elkaar in het oog, informeren elkaar over de inname en effecten van de middelen, en willen elkaar helpen als het fout loopt. Toch weerspiegelt dit niet in de realiteit. Ze weten vaak niet goed wat te doen als het misgaat (bijvoorbeeld bij een overdosis), en de hulpdiensten worden niet graag gebeld vanwege het illegale drugsgebruik. In de scene is het vaak ook niet makkelijk om eerlijke informatie te delen of vragen te stellen, door groepsdruk en onderling wantrouwen.

Behoefte aan niet-oordelende ondersteuning

Veel chemseksgebruikers vinden niet de juiste plek om aan te kloppen met problemen. Ze ervaren een stigma bij hulpverleners en hebben behoefte aan niet-oordelende ondersteuning, in een veilige omgeving, liefst anoniem. Er is ook behoefte aan een overzicht van bestaande zorgdiensten, gespecialiseerde hulp voor chemseksgebruikers, betrouwbare informatie over drugs en efficiëntere doorverwijzing tussen seksuele gezondheidszorg en verslavingszorg.

Het onderzoek is de eerste stap van het project 'Chemified' van het Instituut voor Tropische Geneeskunde. Het uiteindelijke doel van dit project is de ontwikkeling van een mobiele app om chemseksgebruikers te ondersteunen bij het beperken van de risico's.