RW_HeiligeHuisjesinhetStrafrecht_head_large.jpg

Workshops

 

Ronde 1

  1. Truth & Authority in Criminal Justice - prof. mr. dr. David Roef (MU) en prof. dr. Hans Nelen (MU)
    At the end of 2025, the Maastricht Institute for Criminal Sciences intends to organize a multidisciplinary two day-conference in Maastricht around the overarching theme 'Truth and Authority in Criminal Justice'. The theme is largely inspired by the now widely spread idea that Western liberal democracies have entered a so-called post-truth era, where objective (commonly shared) truths seem to carry less weight than private opinions that appeal to personal feelings and beliefs. Both in the popular and the scholarly debate there is an increasing concern that we are living in the midst of a post-truth (or post-factual) society which is essentially characterized by a particular distrust in public truth claims and in authority to be a legitimate public truth-teller. The goal of the conference is to explore how post-truth and post-truth politics may influence and challenge criminal law.

    The members of the organizing committee of the conference want to share and discuss their preliminary ideas with people from external institutes to get inspired, as well as to explore the possibilities for co-operation. After a very short introduction/pitch, in which the rationale of the overarching theme will be outlined and the five subthemes will be presented that have been selected by the organizing committee, the floor will be opened for a discussion with the participants of the workshop.
     
  2. Een strafbaarstelling van psychisch geweld: panacee of symboolpolitiek? - mr. Robert Timmers en prof. dr. Janine Janssen
    De verwachtingen ten aanzien van ons strafrecht omtrent de mogelijkheden om maatschappelijke problemen aan te pakken lijken, vooral onder niet-juristen, vaak hooggespannen. Het strafrecht kent echter ook zijn beperkingen. Wat brengt het ons bijvoorbeeld als het niet-naleven van bepaalde normen moeilijk te bewijzen en/of te handhaven is? Onvoldoende oog hebben voor deze consequenties kan leiden tot decepties bij ieder die het strafrecht als een panacee beschouwt.

    Is het mogelijk om een ernstig maatschappelijk probleem voldoende serieus te nemen, zonder de daarmee samenhangende gedragingen strafbaar te stellen? Leidt (aanvullende) strafrechtelijke normering in sommige gevallen slechts tot symboolpolitiek? En zo ja, maakt dit dat van (nadere) strafbaarstelling dient te worden afgezien, of dient dit dan toch een doel van normstelling?

    In deze workshop zullen deze dilemma’s worden uitgewerkt in het licht van een potentiële strafbaarstelling van psychisch geweld, een vorm van huiselijk geweld die bestaat uit (een patroon van) opzettelijke gedragingen die de geestelijke integriteit van een ander ernstig beschadigen.
     
  3. De Wet deskundige in strafzaken: heilig huisje of klusproject? - mr. dr. Mark Visser (Open Universiteit)
    De Wet deskundige in strafzaken (WDS) nadert haar vijftiende verjaardag. In de tussentijd is er veel gebeurd. Het NRGD heeft inmiddels 29 deskundigheidsgebieden opengesteld voor registratie en staat aan de vooravond van uitbreiding van het register naar het civiel en bestuursrecht. Van exclusiviteit is echter geen sprake. De technisch opsporingsambtenaar krijgt een eigen bepaling in het nieuwe Wetboek van Strafvordering en elke rechtbank beschikt inmiddels over een forensisch ondersteuner.

    Aan de hand van een korte presentatie en een aantal stellingen zal tijdens deze workshop de discussie worden aangegaan over de vraag of de WDS in haar huidige vorm voldoende basis legt onder de kwaliteitsborging van deskundigen in strafzaken, of dat het tijd wordt om te constateren dat er nog veel werk aan de winkel is om van dit klusproject een comfortabele woning te maken.

Ronde 2

  1. Toekomstgerichte detentie - mr. dr. Marelle Attinger (Open Universiteit) en prof. mr. dr. Jacques Claessen (MU)
    Uit onderzoek blijkt sinds jaar en dag hoe schadelijk met name korte gevangenisstraffen zijn voor veroordeelden en de samenleving. Betere alternatieven, zoals taakstraffen en elektronische detentie, passeren af en aan de revue, maar vrijwel altijd in het licht van financiële en/of personele uitdagingen binnen het gevangeniswezen. Het is - wederom - tijd voor een ander geluid; een geluid dat niet alleen alternatieven voor de korte gevangenisstraf, maar ook detentie zelf benadert vanuit de idee dat enkel een primair op resocialisatie en herstel gerichte visie op straffen leidt tot een humanere en veiligere samenleving.
     
  2. De duiding van letsel in het strafrecht - prof. dr. mr. Wilma Duijst (MU)
    Delicten waarbij letsel is veroorzaakt of waarvan de dood het gevolg is, hebben een grote maatschappelijke impact. Dergelijke delicten vragen om een zorgvuldige evaluatie van het letsel, duiding van de medische informatie en uitleg over de medische ernst van een letsel. Forensische geneeskunde kan helpen bij het beantwoorden van juridische vragen over het letsel. Het domein van de forensische geneeskunde bestrijkt onder andere vragen over het causaal verband tussen een handeling en letsel of overlijden, gevaarzetting van bepaalde handelingen en duiding van letsel dat aan de buitenkant van het lichaam weinig tot uiting komt, maar zich in het lichaam bevindt. In deze workshop wordt de strafjurist meegenomen naar de forensische geneeskunde. Aan het einde van de workshop weet de deelnemer wanneer welke vragen gesteld kunnen worden aan een forensisch arts.
     
  3. De Shreddermoord - mr. Sophie Naber (Open Universiteit) en mr. Vito Shukrula (advocaat)
    In deze workshop staan we stil bij de complexiteit van de mr. Big-methode en de mysterieuze verdwijning van Patrick van Dillenburg in de zogeheten 'Shreddermoord'. De interactief opgezette workshop biedt je een unieke kans om je te verdiepen in deze bijzondere opsporingsmethode. Hebben de undercoveragenten met deze methode een keiharde bekentenis verkregen van de verdachte of gaf de verdachte een valse bekentenis in ruil voor een beter leven? We gaan onder andere in op de vrijspraak van de rechtbank, de veroordelingen van het gerechtshof en de Hoge Raad. Blijkt deze methode succesvol voor het oplossen van deze cold case of is er sprake van een gerechtelijke dwaling?