Ward Ooms: 'We onderzochten of heterogeniteit als gevolg van de oriëntatie die de onderzoeker kiest in zijn of haar onderzoek, als gevolg gender, of vanwege disciplinaire en culturele verschillen met hun promotoren (zij die de jonge academici begeleiden en vormen tijdens de eerste stappen van de carrière), de carrière van academici helpt of belemmert.'
Het resultaat
Gebaseerd op een steekproef van 248 academici aan twee toonaangevende Europese technische universiteiten, werden modellen gecombineerd om de loopbaanontwikkeling van wetenschappers beter te begrijpen. De resultaten tonen aan dat heterogeniteit in de onderzoeksoriëntatie nuttig is. Academici die een brug slaan tussen het streven naar fundamenteel begrip en socio-economische relevantie van hun onderzoek geraken verder op academische carrièreladder. De resultaten van de studie bevestigden ook het vermoeden dat vrouwelijke academici problemen ondervinden bij het vinden van een vaste aanstelling en, wanneer zij die vaste aanstelling wel weten te bemachtigen, bij het verkrijgen van een professoraat. Verschillen tussen promotor en promovendus in disciplinaire en culture achtergrond blijken alleen te helpen bij het maken van de eerste stappen in de carrière, terwijl ze juist verdere doorstroming in het functiehuis van universiteiten tegenwerken.
De relevantie
Een kwart van alle promovendi in Nederland blijft na de promotie bij de universiteit werken. De verworven inzichten bieden suggesties aan beleidsmakers, universitaire bestuurders, en academici. Dit omdat de verworven onderzoeksresultataten kunnen bijdragen aan het faciliteren en creëren van carrièrekansen voor veelbelovende academici en een juiste ondersteuning voor zittende stafleden. Ward Ooms: 'Maar denk ook aan het nemen van maatregelen voor het corrigeren van genderongelijkheid. En aan de mogelijke onderbouwing van strategische keuzes met betrekking tot onderzoeksoriëntatie en promotoren van promovendi.'
Meer informatie
Het artikel is als Open Access artikel te downloaden.