CoronaMelder ondersteunt opengaan van de samenleving
De CoronaMelder waarschuwt als je in de buurt bent geweest van een persoon met corona. Daardoor kun je sneller maatregelen nemen (quarantaine, testen) en kan het bron- en contactonderzoek sneller starten. Een groot voordeel van de app is dat bij een mogelijke besmetting niet alleen bekenden, maar ook onbekenden gewaarschuwd worden. Dat is een belangrijk voordeel bijvoorbeeld bij evenementen zoals festivals, dierentuinen, pretparken. Bij het opnieuw mogelijk maken van dit soort gelegenheden is de CoronaMelder een belangrijke aanvulling op de sneltesten.
Verbeteringen aan de CoronaMelder
Het onderzoek leidde tot verschillende voorstellen voor verbetering van de app die bijna allemaal doorgevoerd zijn of nog gerealiseerd worden. Zo is informatie over CoronaMelder op een betere manier verwerkt in de instructies voor GGD-medewerkers die bron- en contactonderzoek uitvoeren. Ook kunnen gebruikers voortaan zien of de app actief is: de app laat namelijk zien wanneer de laatste controle op contact met besmette personen plaatsgevonden heeft.
Specifieke doelgroepen
Op aanraden van de onderzoekers zal VWS haar communicatie de komende weken richten op specifieke doelgroepen. Denk hierbij aan jongeren, onder wie het aantal besmettingen weer lijkt toe te nemen. De onderzoekers adviseren ook maatregelen om ouderen en lager opgeleiden beter te bereiken en ondersteunen bij installatie en gebruik van de app.
Ruim 4,7 miljoen keer gedownload
Deze week bestaat de CoronaMelder* een half jaar. In deze zes maanden werd de CoronaMelder 4.761.014 keer gedownload. Gebruikers van de app gaven 147.789 keer hun positieve test door en waarschuwden zo andere gebruikers over een mogelijke besmetting. Naar aanleiding van een melding van CoronaMelder werd bij 12.045 gebruikers een positieve test afgenomen.
* Deze link is niet meer beschikibaar.
Doorlopend onderzoek
De Universiteit Twente en de Open Universiteit doen op verzoek van het Ministerie van VWS doorlopend onderzoek naar CoronaMelder. Deze maand rapporteerden de onderzoekers, Catherine Bolman van de Open Universiteit en prof. dr. Van Gemert Pijnen en dr. van ’t Klooster van Universiteit Twente over de periode van november 2020 tot en met januari 2021.