RW_Onderzoek_11969_head_large.jpg

Onderzoekslijnen

Binnen het onderzoeksprogramma 'Recht in beweging 2022 - 2027' onderscheiden we verschillende onderzoekslijnen. Concreet gaat het om drie multidisciplinaire oftewel thematische onderzoekslijnen en vier disciplinaire onderzoekslijnen.

Thematische onderzoekslijnen (multidisciplinair onderzoek)

1. Veiligheid, privacy en autonomie in de digitaliserende samenleving
Onderzoeksleiders: Anna Berlee, Reijer Passchier en Karianne Albers

Onze maatschappij digitaliseert razendsnel. Dat betekent dat technologie voor het gebruik, de opslag, de verwerking en de uitwisseling van gegevens steeds geavanceerder wordt en steeds intenser verweven raakt met fysieke technologie, sociale instituties en het leven van individuele burgers. Enerzijds brengt die ontwikkeling belangrijke voordelen met zich, zoals een efficiëntere publieke en private dienstverlening. Anderzijds leidt digitalisering en de veelal daarmee gepaarde centralisering van informatiestromen tot verschuivingen en (verdere) concentraties van macht en nieuwe afhankelijkheden. Met name overheden en enkele grote techbedrijven ('Big Tech') krijgen een nóg centralere maatschappelijke positie. Daarmee brengt digitalisering, naast voordelen, ook publieke waarden in gevaar, zoals de privacy, autonomie en veiligheid van burgers. Al het onderzoek dat binnen dit thema wordt verricht, is dan ook gericht op de volgende centrale onderzoeksvraag: Hoe kunnen, ondanks de faciliterende functie van technologie, de autonomie, de veiligheid en de verwerking van persoonsgegevens en de privacy van burgers beschermd worden in een maatschappij die steeds afhankelijker is van digitale technologie en haar publieke en private eigenaren?

2. De Veilige Stad 3.0
Onderzoeksleiders: Jan Willem Sap en Janine Janssen

'De Veilige Stad / Safety in Urban Environments 3.0' bouwt voort op de successen die behaald zijn binnen voorgaande De Veilige Stad-onderzoeksprogramma’s, maar wordt nu meer intensief ingebed in het bestaande (multidisciplinaire) onderzoek. De onderzoekslijn richt zich op actuele veiligheidsvraagstukken waar onze samenleving mee geconfronteerd wordt. Dat varieert van overlast tot georganiseerde criminaliteit, corruptie en terrorisme tot vraagstukken als polarisatie en het vertrouwen in de overheid. De centrale vraagstelling luidt als volgt: Welke (maatschappelijke) ontwikkelingen in veiligheidsvraagstukken spelen in de stad? Wat is de situatie in Nederland en andere landen, en hoe is de verhouding tot soortgelijke vraagstukken op het platteland? Hoe kan veiligheid worden bevorderd en onveiligheid worden bestreden?

3. Duurzame transformaties. De rol van het (privaat)recht in de verduurzaming van de samenleving
Onderzoeksleiders: Pernille van der Plank en Michele Reumers

De transitie naar een duurzame samenleving is misschien wel de grootste uitdaging van deze eeuw. Een samenleving met een hoge levenskwaliteit, sociale rechtvaardigheid en respect voor ieders privacy, die binnen de ecologische grenzen blijft. Een noodzakelijke voorwaarde hiervoor is het terugdringen van én het aanpassen aan klimaatveranderingen. Deze onderzoekslijn richt zich op het (privaat)recht als instrument in de transitie naar een duurzame samenleving en richt zich op vraagstukken als: Wat is nodig om het Nederlandse juridische systeem (en dan in deze onderzoekslijn het privaatrecht in het bijzonder) in lijn te brengen met maatschappelijke ontwikkelingen? En op welke manier kan het recht instrumenteel zijn in deze verduurzamingsslag? Op welke manier kan bijvoorbeeld het overeenkomstenrecht bijdragen aan duurzaamheid? De transitie naar een duurzame samenleving impliceert ook dat er aandacht moet zijn voor sociale rechtvaardigheid. Daarbij rijst de vraag welke remedies partijen kunnen inzetten om te komen enerzijds tot verduurzaming van de samenleving en anderzijds tot versterking van de sociale rechtvaardigheid. Welke rol kan, bijvoorbeeld, het maken van excuses daarbij spelen?

Disciplinaire onderzoekslijnen

1. Bestuursrecht
Onderzoeksleiders: Karianne Albers en Rolf Ortlep

De rechtsverhouding tussen de burger en overheid is veranderd. Belangenorganisaties lijken mede daarom in toenemende mate de gang naar de rechter te vinden of op andere manieren het recht aan te wenden om maatschappelijke veranderingen teweeg te brengen. Er is evenwel inmiddels ook sprake van een desintegratie van het publieke imperium in afzonderlijke delen, die niet alleen in de hand van overheden worden gelaten maar ook aan private actoren worden toegewezen. Mede gelet op deze ontwikkelingen groeit in het publiekrecht de aandacht voor nieuwe manieren om de rechtsverhouding tussen de burger en overheid vorm te geven en te normeren. In plaats van algemene regels komen individuele rechtsverhoudingen op de voorgrond te staan. Dat brengt een verschuiving teweeg van wetstoepassing naar belangenafweging en van regels naar rechtsbeginselen. Het bestuursrechtelijk onderzoek binnen de faculteit is dan ook gecentreerd rondom de volgende centrale onderzoeksvraag: Op welke wijze moet binnen het dynamische kader van de democratische rechtsstaat het recht worden ontwikkeld en toegepast om het hoofd te bieden aan de veranderde rechtsverhouding tussen de burger en overheid?

2. Staatsrecht en Encyclopedie: Europese waarden en nationale implementatie
Onderzoeksleider: Carla Zoethout en Reijer Passchier

Een belangrijke ontwikkeling van de afgelopen decennia is de toenemende globalisering en de effecten hiervan op de nationale rechtsordes, die leidt tot verschuivingen in de Nederlandse trias. Dit thema maakt sinds 2019 deel uit van het onderzoek van RW in het kader van het Sectorplan (zie meer hierover in deel 5). De algemene vraagstelling luidt dan ook: Op welke wijze worden binnen Europa gemeenschappelijk gedragen waarden opgevat, welke verschuivingen vinden er plaats binnen die waarden en hoe dient met deze verschuivingen te worden omgegaan, op Europees en nationaal niveau? Een andere belangrijke focus binnen het staatsrechtelijk onderzoek betreft fundamentele rechten, bijvoorbeeld in relatie tot 'open begrippen' als 'religie of levensovertuiging' of het 'recht op eerbieding van de persoonlijke levenssfeer'.

3. Strafrecht
Onderzoeksleiders: Denis Abels, Wilma Dreissen en Göran Sluiter

Het strafrechtelijk onderzoek binnen onze faculteit houdt zich onder andere bezig met vragen als: Welke vormen van onrecht zouden onder het strafrecht moeten worden geschaard? En aan welke voorwaarden moet een handeling voldoen, wil die als strafbaar worden gekwalificeerd? Met het oog op handhaving moet worden gedacht aan vragen als: Als de strafrechtelijke handhaving (doorgaans) de meest ingrijpende vorm van overheidsoptreden is, betekent dit dan ook dat aan de mate van zekerheid waarmee feiten in strafrechtelijke procedures worden vastgesteld hogere eisen moeten worden gesteld dan in procedures die betrekking hebben op andere rechtsgebieden? In het kader van het sanctierecht concentreert het onderzoek zich ten slotte op vragen als: Welke sancties komen in aanmerking voor 'vergelding' van het onrecht dat via het strafrecht wordt geadresseerd? Is het bestaande onderscheid tussen straffen en maatregelen nog wel te rechtvaardigen?

4. Privaatrecht
Onderzoeksleiders: Marc Hendrikse en Donald Hellegers

Binnen de vakgroep privaatrecht wordt sinds lange tijd verzekeringsrechtelijk en financieelrechtelijk onderzoek gedaan. Zo werd er een plan ontwikkeld voor het aantrekken van enige parttime verzekeringsrechtelijke promovendi met als doel de faculteit verzekeringsrechtelijk op de kaart te zetten. Gaandeweg is het onderzoek ook op andere terreinen van het financiële (vermogens)recht komen te liggen. In de privaatrechtelijke onderzoekslijn krijgt onderzoek naar de toekomst van het financieel privaatrecht en meer in het bijzonder de vermogensrechtelijke dimensie tussen toezichtrecht en consumentenrecht een bijzonder plaats.