null Onderzoek: ondersteun ouders meer bij het geven van thuisbegeleiding

OW_Onderzoek_Ondersteuning_Ouders_Thuisbegeleiding_Kind_22518_head_large.jpg

Onderzoek: ondersteun ouders meer bij het geven van thuisbegeleiding

De afgelopen jaren kregen ouders van schoolgaande leerlingen door de coronamaatregelen veel op hun bordje. De kinderen bleven thuis en de ouders werden geacht hun kinderen te helpen met hun schoolwerk. In opdracht van de gemeente Heerlen onderzocht Kevin Ackermans van de Open Universiteit wat dit beroep op thuisbegeleiding betekent voor de relatief kwetsbare kinderen in het voortgezet speciaal onderwijs (VSO) en praktijkonderwijs (PRO). Ackermans pleit niet alleen voor naschoolse programma’s op maat voor deze doelgroep, maar ook voor programma’s gericht op de ouders die hen leren om thuis efficiënt bijles te geven.

Gevolgen voor kwetsbare kinderen

Door corona moesten scholen verschillende keren hun deuren sluiten. De leerlingen hadden minder fysieke interactie met klasgenoten en leerkrachten en kregen minder leerondersteuning. Ouders werden geacht om hun kinderen thuis zelf te helpen bij het leren. De gemeente Heerlen vroeg de Open Universiteit een onderzoek uit te voeren om meer inzicht te krijgen in wat het beroep op begeleiding thuis betekende voor relatief kwetsbare leerlingen: wat zijn de specifieke problemen waar deze leerlingen mee kampen, mede als gevolg van de pandemie. Kevin Ackermans (vakgroep Online leren en instructie van de faculteit Onderwijswetenschappen) richtte zich in zijn onderzoek op leerlingen in het VSO en PRO met een gedrags- en psychiatrische problematiek of stoornis, of problematiek in het netwerk (gezin).

Minder leerondersteuning

Ackermans onderzocht onder meer of deze leerlingen thuis voldoende ondersteuning kregen bij het leren. Dat deed hij door 48 zogenaamde toelaatbaarheidsverklaringsdossiers voor VSO- en PRO-leerlingen kwalitatief te analyseren. Hij keek daarbij naar de ontwikkelings-, gedrags- en lichamelijke problematiek en de thuissituatie van deze leerlingen. Uit zijn onderzoek blijkt dat veel leerlingen thuis minder hulp krijgen van hun ouders/verzorgers dan ze nodig hebben. Veel ouders zijn niet goed in staat om hun kind de juiste hulp te bieden, vaak door onmacht. Ook beschouwen zij mogelijkheden voor extra ondersteuning vaak als te kostbaar.

Aanbevelingen: Hulp bij thuisbegeleiding

Ackermans doet twee aanbevelingen om deze problemen aan te pakken. Ten eerste pleit hij voor naschoolse programma’s die op maat worden gemaakt voor de doelgroep. Zo kunnen ouders worden ontlast en kunnen de leerprestaties van kwetsbare leerlingen verbeteren. Ten tweede pleit hij ervoor om ouders een ouderbegeleidingsprogramma aan te bieden. Dit programma leert ze hoe ze hun kind efficiënt bijles kunnen geven. Dit kan een positief effect hebben op de houding van leerlingen en de betrokkenheid van ouders met de school. Wel is het belangrijk dat ouders goed getraind worden en met de school afstemmen hoe de ouderbegeleiding vordert en hoeveel ze hiervan geven. Het mooiste resultaat is wel dat als de leerling vooruitgaat, alle partijen delen in de succeservaring: het kind zelf, de school én de ouders.