null Kun je dwangstoornissen bij jongeren behandelen met virtual reality?

PSY_Dwangstoornis_24745_head_large.jpg

Kun je dwangstoornissen bij jongeren behandelen met virtual reality?

Wereldwijd lijden miljoenen mensen aan een obsessieve-compulsieve stoornis (OCD) – ofwel een dwangstoornis. Hoe ouder iemand wordt, hoe lastiger zo'n dwangstoornis te behandelen is. De Open Universiteit onderzoekt daarom een laagdrempelige manier om jonge OCD-patiënten te behandelen: met virtual reality.

Obsessief gedrag

Mensen met OCD hebben terugkerende nare gedachten (obsessies). Die proberen ze onschadelijk te maken door dwanghandelingen uit te voeren, bijvoorbeeld schoonmaken, tellen of controleren. Zonder goede behandeling wordt de stoornis vaak erger. Het is daarom belangrijk om vroeg te starten met behandelen, liefst met een bewezen effectieve techniek zoals exposuretherapie. Bij deze therapie stel je patiënten bloot aan datgene waarvoor ze bang zijn, zonder dat ze hun dwanghandelingen uit mogen voeren.

Onderzoek naar inzet virtual reality

Maar exposuretherapie telt enkele praktische nadelen. Zo moet je er vaak voor op pad – en dat kost tijd en geld. Daarom wordt deze techniek helaas niet altijd gebruikt. Om de drempel te verlagen, onderzoekt de vakgroep Klinische Psychologie of exposurebehandeling met virtual reality een optie is.

Samenwerking en overleg met professionals en patiënten

Momenteel worden psychologen geïnterviewd over hun ervaringen met exposuretherapie bij OCD, en hun visie op het gebruik van virtual reality. Ze krijgen daarbij een rondleiding in een virtuele therapie-omgeving. Daarnaast gaan we binnenkort jonge OCD-patiënten werven die, zo mogelijk met hun ouders, meer over hun aandoening willen vertellen. Ook zij krijgen de VR-omgeving te zien en kunnen daar hun mening over geven. Op grond van de interviews wordt de virtuele omgeving aangepast en uiteindelijk uitgetest in lopende behandelingen. Wil je meer weten over dit onderzoek? Mail dan naar Petra Butler.

Samenwerking

De Open Universiteit werkt in dit project samen met de Universiteit Maastricht, HAN University of Applied Science, de Angst-, Dwang- en Fobiestichting, Nederlands Kenniscentrum Angst, Dwang en Depressie (NEDKAD) en OCDnet, met steun van Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie (Stichting Suffugium).