Tip voor innovatieve ondernemingen: zorg voor goed leesbare financiële informatie
Innovatieve bedrijven zijn een risicovolle investering
Banken zijn een belangrijke bron van financiering voor innovatieve bedrijven. Door te lenen bij een bank voorkomen innovatieve bedrijven ingewikkelde constructies met financiers die mede-eigenaar worden en vermijden ze ook het ingewikkelde proces van aandelen- of obligatie-uitgifte. Maar voor banken is investeren in innovatieve ondernemingen een risico. De innovatie kan mislukken, het is onzeker of de onderneming ooit winstgevend wordt, er is geen duidelijk onderpand, de cash flow is heel veranderlijk … Daardoor is het voor innovatieve ondernemingen vaak moeilijk om banken bereid te vinden om hen te financieren.
Goed leesbare informatie helpt leningen te verkrijgen
Uit onderzoek van Hoffmann en Kleimeier blijkt dat het helpt als deze bedrijven zorgen voor goed leesbare informatie in hun financiële verslagen, zoals jaarverslagen. Naast de kwantitatieve informatie, zouden ze goed leesbare kwalitatieve informatie moeten verstrekken over de financiële situatie van het bedrijf. Voor financiers vermindert dat het informatierisico rond de basisgegevens van het bedrijf en het vergemakkelijkt het monitoren. Dat leidt uiteindelijk ook tot verlaging van de rente op leningen. Die kostenverlaging geldt echter vooral als het gaat om financiers waarmee het bedrijf eerder nog geen kredietgeschiedenis had en waar de informatiebehoefte (information asymmetry) dus het grootst is.
Top Cited Article Award
Kleimeier en Hoffman publiceerden hun bevindingen in het artikel Financial disclosure readability and innovative firms' cost of debt dat is verschenen in The International Review of Finance. Eind februari 2023 ontvingen ze voor hun artikel de Top Cited Article Award voor 2021-2022.
Het artikel Financial disclosure readability and innovative firms' cost of debt is helaas niet open access beschikbaar. De auteursversie is wel voor iedereen toegankelijk en is als pdf te vinden op de website van co-auteur Arvid Hoffmann.