Transities in de levensloop
Transities in de levensloop
Ons hele leven zijn we in ontwikkeling. In de levensloop wisselen zich periodes van stabiliteit af met periodes van verandering. Deze periodes, ook wel transities genoemd, kunnen een natuurlijk patroon volgen, parallel lopend aan het ouder worden (zoals het krijgen van een kind), maar ze kunnen ook een ander pad volgen. Onverwachte gebeurtenissen zoals een plots, niet-geanticipeerd, overlijden of het vertrek van de partner markeren dan een scharniermoment in iemands levensloop. Vertrouwde patronen worden uitgedaagd, zekerheden die de grond van het dagelijks functioneren vormden, vallen weg. Dit kan gepaard gaan met onrust, onzekerheid, angst en zelfs paniek. Transities kunnen echter ook mogelijkheden tot groei met zich meebrengen, men kan ervan leren. Deze leerervaring wordt beïnvloed door eerdere ervaringen en persoonlijke factoren, evenals door kenmerken van de transitie (type en timing). Ook leermogelijkheden in de omgeving (zoals toegang tot coaching of andere psychologische begeleiding) bepalen of en wat er geleerd wordt.
Een transitie waar een aanzienlijk deel van de mensen door heen gaat in de levensloop is de transitie naar het ouderschap. In de TRIPP studie wordt hier nader onderzoek naar gedaan.