null Karel Kreijns: Bij online samenwerkend leren ook groepsprocessen in beeld brengen

OW_Benoeming_KarelKreijs_12155_head_large.jpg
Leren
Karel Kreijns: Bij online samenwerkend leren ook groepsprocessen in beeld brengen
Je kunt, zoals bij de Open Universiteit, prachtig onderwijs van een hoog leerniveau hebben en dat met de beste technologie aanbieden. Toch is voor een goed resultaat het in goede banen leiden van de samenwerking tussen de studenten misschien nog wel belangrijker. Want samenwerken wordt steeds belangrijker in onze samenleving, juist nu we steeds meer online doen. Dat zegt Karel Kreijns, onlangs benoemd tot hoogleraar Technology Enhanced Collaborative Learning aan de Open Universiteit.

Online samenwerkend leren

In goed Nederlands betekent de naam van zijn leerstoel: met technologie verrijkt samenwerkend leren. Die omschrijving vertelt dat het om drie hoofdzaken gaat, zegt Kreijns, namelijk leren, samenwerken en technologie. Wat bij deze leerstoel het belangrijkste is, is dat bij samenwerkend leren het niet alleen gaat om het leren zelf op individueel en collectief niveau. Het gaat ook om groepsprocessen als motivatie, oplossen van groepsconflicten (denk aan geruzie in de groepen), het creëren van onderling vertrouwen (denk aan informatie-uitwisseling). Communicatie en samenwerken met behulp van technologie heeft impact op al die processen. ‘Voor mij is de grootste uitdaging om te onderzoeken hoe je online een goede sociale omgeving faciliteert waarin groepen productief worden, met hoge leeruitkomsten en producten van hoge kwaliteit als resultaat. Bij de Open Universiteit kun je denken aan het samen opstellen van een milieueffectrapportage, het samen schrijven van een wetenschappelijk artikel, het uitvoeren van een programmeeropdracht.’ 

Afstand en nabijheid

Online samenwerkend leren is niet gemakkelijk, vooral omdat de fysieke nabijheid van een leeromgeving als een campus op een reguliere universiteit ontbreekt. Die nabijheid is juist belangrijk voor de groepsdynamiek die goed samenwerken mogelijk maakt. Ook bij leren mét fysieke nabijheid kunnen er zaken zijn als onderlinge verschillen in capaciteit, tempo en inzet die het samenwerken verstoren. Maar in een online omgeving zonder fysieke nabijheid speelt dat nog meer. Daar komt bij dat door het gebruik van allerlei communicatiemiddelen de kans op misverstanden groter is dan wanneer je elkaar direct ziet en dingen kunt verhelderen. Mensen proberen die kans op misverstanden al te verkleinen door bijvoorbeeld emoticons te gebruiken. Toch gebeurt het nog altijd dat berichten verkeerd worden geïnterpreteerd met verwarring of boosheid als gevolg.

Nieuwe technologie

Kreijns zou het liefst zien dat er flink wordt geïnvesteerd in de technologische inrichting van elektronische leeromgevingen voor samenwerkend leren waarbij ook rekening gehouden wordt met groepsdynamische processen. Dus een leeromgeving die niet alleen online onderwijs van hoge kwaliteit mogelijk maakt, maar die vooral ook serieus aandacht besteedt aan de sociale omgeving en de cruciale groepsprocessen. ‘Denk aan een leeromgeving met goede interactieve communicatiemogelijkheden, waar studenten niet het idee hebben alleen aanwezig te zijn, en waar virtuele nabijheid wordt gecreëerd. Zo’n technologische inrichting vergt een behoorlijke investering en staat helaas nog niet hoog op de prioriteitenlijst in het onderwijs.’ Maar de leerstoel is er, en dat is een eerste belangrijke stap, beaamt Kreijns.