Mbo-docenten ontwikkelen zich het best met een mix aan leeractiviteiten
Continu leerproces
Professionele ontwikkeling van mbo-docenten is een continu, sociaal en contextgebonden leerproces, sterk verankerd in de dagelijkse onderwijspraktijk. Activiteiten die daaraan bijdragen kunnen formeel zijn (zoals een training) of informeel (zoals een teamoverleg). De onderzoekers volgden twaalf ervaren mbo-docenten gedurende tweeënhalf jaar om in kaart te brengen welke leeractiviteiten zij ondernemen, welke veranderingen zij ervaren in denken en handelen, en welke factoren daaraan bijdragen. Op basis van de gegevens kwamen drie duidelijke profielen naar voren. De profielen weerspiegelen de professionele oriëntatie van de docenten en de context waarin zij werken.
Drie profielen en hun betekenis
Profiel 1 is gericht op de onderwijspraktijk en studentbegeleiding. Deze docenten leren informeel, door te experimenteren in hun lesgeven en in interactie met studenten en collega’s. Profiel 2 richt zich op bredere taken en rollen binnen de schoolorganisatie. Zij leren via betrokkenheid in deze taken en door evaluatiemomenten, vaak in interactie met collega’s buiten hun directe team. Profiel 3 is vooral gericht op persoonlijke groei in relatie tot het bredere veld van het mbo, en legt het accent op ontwikkelen via formele en informele activiteiten buiten de school, zoals via opleidingen of samenwerking met het experts. Alle docenten rapporteerden veranderingen in hun denken, handelen, overtuigingen en emoties, hoewel de leercontexten verschillen: profiel 1 en 2 zijn vooral intern gericht, terwijl profiel 3 juist externe verbinding zoekt.
Praktische implicaties: een mix van leeractiviteiten aanbieden
De drie profielen bieden schoolleiders concrete handvatten om professionalisering beter af te stemmen op docenten en hun loopbaanpaden. Zo zouden taken en samenwerkingen binnen en buiten de school expliciet als leermogelijkheden erkend moeten worden. Leren over en vanuit de beroepspraktijk vraagt om meer aandacht, bijvoorbeeld via 'boundary crossing'-activiteiten zoals werkveldstages. Scholen doen er goed aan een mix van formele en informele activiteiten aan te bieden, zoals professionele leergemeenschappen of lesson study. Ook is diversiteit in teams van belang: teams die alle drie de profielen vertegenwoordigen, zijn beter in staat om in te spelen op veranderingen in onderwijs en sector.
Over het onderzoek
In deze kwalitatieve studie zijn 12 ervaren mbo-docenten gedurende tweeënhalf jaar gevolgd. De deelnemers werkten op vier verschillende mbo-scholen, verspreid over twee domeinen: economie en welzijn. Zij gaven les op niveaus 2 tot en met 4 van het mbo. Het onderzoek bestond uit twee onderdelen. Enerzijds vulden de deelnemers in twee opeenvolgende schooljaren elk drie digitale leerlogboeken in. Hierin beschreven ze betekenisvolle leeractiviteiten, inclusief waargenomen korte termijnveranderingen in hun kennis, overtuigingen en praktijken. Anderzijds werd aan het einde van elk schooljaar een telefonisch interview afgenomen van ongeveer een uur. De deelnemers kozen zelf vijf betekenisvolle situaties die volgens hen het meest bijdroegen aan hun professionele ontwikkeling. De interviews richtten zich op veranderingen op de langere termijn, en de factoren die daaraan bijdroegen.
Het artikel 'Understanding continuing professional development of vocational teachers' is gratis te lezen.