null Wij zijn de stad

RW_JanWillemSap_WijZijnDeStad_18778_head_large.jpg

Wij zijn de stad

Webcolumn Rechtswetenschappen - door Jan Willem Sap - december 2020

Mensen komen graag in de stad voor werk, opleiding en vermaak. In de stad zijn mensen met creatieve ideeën. Steden maken deel uit van mondiale netwerken die worden ondersteund door verbindingen: het vliegveld, de TGV, de metrolijn, een gemoderniseerd station en snel internet. De betekenis van staatsgrenzen is verminderd. In de georganiseerde stad is het leven dynamisch en efficiënt. Intussen woont de helft van de wereldbevolking in de stad. Let mayors rule the world.

Naast verlokkingen kent de stad ook verdriet. In het verleden zijn steden gebouwd op bloed, oorlog en slavenhandel, op onderdrukking van arbeiders en minderheden. De stad lijkt een stuifzandsamenleving geplaagd door armoede en criminaliteit. Er leven illegalen, drugsverslaafden en slachtoffers van mensenhandel. De kans op geweldsmisdrijven en polarisatie is hoog. Een grote flat, gevuld met mensen die zich vaak wat overbodig lijken te voelen, heeft iets troosteloos. Buiten lopen eenzame mensen op stenen tegels die elkaar niet of nauwelijks groeten. In het openbaar vervoer hebben mensen alleen oog voor hun eigen mobiel. Mensen lijken elkaar niet te vertrouwen. De organisatie van de stad laat veel ruimte aan de macht van het geld en de techniek.

Menselijkheid

Juristen werken graag met taal en morele oordelen, maar kunnen we ons wapenen tegen de botte werkelijkheid? Om een voorbeeld te geven: door de techniek kan de Europese Unie immigranten en toeristen herkenbaar maken aan vingerafdrukken. De cruciale vraag is echter of we dat ook moeten willen. De combinatie van macht, geld en techniek kan ten koste gaan van de menselijkheid. Daarnaast dienen we ons bewust te zijn van verkeerde krachten. Kunnen we nog alert zijn als de technische mogelijkheden al onder onze huid zitten? De uitbreiding van de macht van de techniek in de samenleving maakt dat de mensen zich automatisch moeten voegen. Automatisering leidt tot werkloosheid en depressies. Iedereen wil de nieuwste mobiel, maar niet iedereen wordt er gelukkig van. De (a)sociale media veroorzaken veel jaloezie en stress. Door camera’s en gezichtsherkenning is de overheid in China in staat andersdenkenden nauwlettend in de gaten te houden. Gaan wij ook die kant op? In het Westen is met de grondrechten een stuk vrijheid gegarandeerd door de staat, niet alleen tegenover de overheid maar ook tegen anonieme krachten. Zijn de maatschappelijke instituties die recht en moraal beschermen waakzaam genoeg?

In het verleden heeft de mens altijd geprobeerd stad en universum te verbinden. Een aantal steden heeft bepalende bouwstenen neergelegd. In Athene lag het accent op de afgesloten orde van de polis. Vanuit Jeruzalem ging het over een gebroken wereld die moest worden voltooid. In Babel wilde men met de toren zoveel stenen stapelen dat men de kosmos kon bereiken om mensen te controleren, maar die overmoed eindigde in een spraakverwarring. Vanuit Rome lag het accent op materie en op wegen voor de zending van boodschappen, codes en wetten, in Genève zette men zich in voor de zeggenschap van de burgers, de opvang van vluchtelingen en een universiteit. Intussen is de globalisering een feit geworden: world online.

Wat heeft de uitbreidende stad met de mens gedaan? Zijn verantwoordelijkheid voor zijn directe omgeving is verminderd. Overal domineren internationale winkelketens ten koste van de lokale middenstand. Veel lokale politiebureaus zijn wegbezuinigd. In plaats daarvan zweven elektronische dossiers rond. Als delen van de stad in handen komen van anonieme krachten, zoals criminele ondernemers die bedreven zijn in witwassen, gaan de huizenprijzen en de huren omhoog.

Anonieme krachten

Die anonieme krachten proberen de lakens uit te delen. Banken, verzekeringsbedrijven, beleggers en particuliere beveiligingsbedrijven beschikken over steeds meer informatie over de burgers. Achter de combinatie van macht, geld en techniek gaan neoliberale belangen schuil, soms verstopt in complexe fiscale constructies. Er zijn krachten die mensen uit de binnenstad verjagen en het vervoer expres zo duur maken dat ze er nauwelijks meer kunnen komen. Het stadscentrum wordt minder toegankelijk. Zelfs voor mensen met onmisbare beroepen, zoals politieagenten, verpleegkundigen en leraren, is het bijvoorbeeld in Amsterdam vrijwel onmogelijk geworden om een betaalbare woning te vinden. Het opkopen van woningen als belegging heeft het recht op wonen uitgehold.

Dit roept de vraag op van wie de stad is. Een stad is veel meer dan stenen. Want een stad heeft verhalen en een culturele identiteit. De stad is een gemeenschap van mensen, een fijnmazig netwerk van mensen die geloven in vrijheid en liefde. In dat licht kunnen burgers zich meer inzetten voor de stad, door actief te worden in lokaal bestuur en de civil society. Dat kan gaan om de belangen van woningzoekenden, hardwerkende middenstanders of de opvang van probleemjongeren en vluchtelingen. Het kan ook gaan om de inzet voor meer tuinen en parken in de stad (cooling down the planet). Het is nodig om de stad te heroveren op anonieme krachten.

Prof. dr. J.W. Sap is hoogleraar Europees recht aan de Open Universiteit en universitair hoofddocent Europees recht aan de Vrije Universiteit Amsterdam.