Ruimtelijke planning en natuurbeleid
Ruimtelijke planning en natuurbeleid
Rond deze thematiek zijn de volgende afstudeeronderwerpen mogelijk:
6a Natura 2000
Natura 2000 is het Europese netwerk van beschermde gebieden en heeft als doel de duurzame bescherming van soorten en hun leefgebieden. De implementatie van het EU natuurbeleid verloopt echter moeizaam, met vraagstukken over beheer, planvorming, afstemming met andere vormen van landgebruik en participatie. Al deze aspecten lenen zich prima voor een afstudeeronderzoek over natuurbescherming en ruimtelijke planning.
Contact: Dr. Raoul Beunen
6b Stikstofproblematiek
De depositie van stikstofoxiden en ammoniak is een groot milieuprobleem. Het heeft vooral aandacht gekregen vanwege de negatieve effecten op beschermde Natura 2000-gebieden en de problemen die dit weer geeft voor de vergunningverlening. De Nederlandse overheid probeert al jaren om passend beleid te maken voor dit probleem dat ook in andere landen zoals Duitsland, Denemarken of België speelt. Het doel van dit onderzoek is om te analyseren hoe dit beleid tot stand komt en de effecten ervan te evalueren. Een afstudeeronderzoek kan zich richten op de ontwikkelingen in Nederland, maar ook het stikstofbeleid van verschillende landen vergelijken.
Contact: Dr. Raoul Beunen
6c Natuurtoetsen en Milieueffectrapporten
Voor alle plannen en projecten met mogelijk negatieve effecten op natuur en milieu moet natuurtoetsen of een milieueffectrapport worden opgesteld. Aan de hand van zo’n rapport wordt bepaald welke effecten te verwachten zijn, worden alternatieven in beeld gebracht en vergeleken en wordt onderzocht met welke maatregelen negatieve effecten kunnen worden voorkomen, beperkt of gecompenseerd.
Het doel van dit onderzoek is om een evaluatie te maken van de kwaliteit van de uitgevoerde natuurtoetsen of milieueffectrapporten en te analyseren in hoeverre deze instrumenten helpen om tot betere besluiten te komen. Specifieke ecologische of juridische kennis is niet vereist.
Contact: Dr. Raoul Beunen
6d Nieuwe omgevingswet
Met de Omgevingswet wil de overheid de regels voor ruimtelijke ontwikkeling vereenvoudigen. De nieuwe Omgevingsvisie gaat alle bestaande wetten ten aanzien van milieu en omgeving samenvoegen. Daarnaast moet de wet burgers meer mogelijkheden bieden om een actieve rol te spelen in de besluitvorming. Op veel plekken wordt al geëxperimenteerd met de nieuwe regels. Tegelijkertijd is er veel discussie over de wet.
Doel van dit onderzoek is om te onderzoeken hoe de verschillende veranderingen in wet- en regelgeving tot stand komen, hoe ze doorwerken in de praktijk van provincies en gemeente of in specifieke beleidsterreinen zoals duurzame energie en om te analyseren wat de gevolgen zijn voor burgers en ruimte. Een afstudeervakonderzoek kan zich op een van deze zaken richten.
Contact: Dr. Raoul Beunen
6e Burgers, natuur en landschap
Steeds meer burgers zetten zich op allerlei manieren in voor natuur en landschap. Zo zijn er burgers die zelf natuurgebieden aankopen en beheren, die actief participeren in projecten van overheden of die via de rechter proberen af de dwingen dat overheden zich aan de bestaande wetten houden. De Urgenda zaak en het vernietigen van het Programma Aanpak Stikstof zijn voorbeelden die heel veel aandacht hebben gekregen.
Het doel van dit onderzoek is om inzicht te krijgen in de motivatie van burgers die zich inzetten voor natuur en landschap, de strategieën die ze gebruiken om hun ambities te realiseren en de manieren waarop overheden reageren op dergelijke initiatieven. Een afstudeeronderzoek kan zich bijvoorbeeld richten op specifieke initiatieven, een vergelijking tussen initiatieven, op strategieën of effecten
Contact: Dr. Raoul Beunen
6f Zandwinplassen en vervuild slib
Op verschillende plaatsen in Nederland worden zandwinplassen verontdiept. De veronderstelling is dat hiermee de ecologische kwaliteit van die plassen wordt verbeterd. De ontwikkeling is echter omstreden omdat regelmatig verontreinigd slib wordt gebruikt, bijvoorbeeld uit Belgische havens.1|2
Het doel van dit onderzoek is om op basis van actuele ecologische kennis de in de discussie genoemde voor- en nadelen te beoordelen en te toetsen in hoeverre de onderliggende effectrapportages voldoende oog hebben voor de negatieve effecten en risico’s van het dumpen van slib. Daarnaast wordt gekeken naar de rollen van betrokken partijen, de toepassing van wettelijke kaders, de herkomst van slib en de verdeling van kosten en baten.
Contact: Dr. Raoul Beunen
1 Follow the Money: handel in grond
2 De groene Amsterdammer: Van de regen in de drab
6g Institutional innovation in nature conservation
Nature conservation policies and practices in the Netherlands have witnesses profound changes in the past decades. Yet it is far from clear what the social-ecological consequences of these changes actually are. In general the current status of biodiversity doesn’t look to positive and many of the conservation objectives are unlikely to be met in the near future.
Various actors are therefore exploring novel policies and approaches. Research can be dedicated to exploring how new policies are practices come about, which work needs to be done to introduce institutional innovations, how science-policy relations influence the design of institutional innovation, and to the evaluation of the social-ecological effects of new policies and practices.
More in particular studies can focus on law enforcement, the changing scientific discourses on nature conservation and their effects on conversation policies, nature-based solutions and to approaches that integrate conservation goals into other sectoral policies and practices.
Contact: Dr. Raoul Beunen