De vakgroep Klinische Psychologie heeft twee richtingen, namelijk klinische kind & jeugd (KKJ) en volwassenen en ouderen. Binnen deze richtingen zijn verschillende speerpunten geformuleerd van deze vakgroep:
- Interne en externe factoren van psychopathologie
- E-mental health
- Transdiagnostische benadering
- Patiëntgerichte uitkomsten
Binnen elk thema worden meerdere onderzoeksprojecten uitgevoerd.
Het scriptieonderzoek van onze masterstudenten en de mogelijkheden voor onderzoeksstages passen binnen deze thema's.
Interne en externe factoren van psychopathologie
Interne en externe factoren onderzoeken die ten grondslag liggen aan de ontwikkeling van of weerbaarheid tegen psychopathologische klachten (bijvoorbeeld somberheid of angst) is belangrijk om te bepalen wie een verhoogt risico heeft om dergelijke klachten te ontwikkelen. Ook kan kennis over deze factoren helpen om effectievere behandelingen of preventieprogramma’s te ontwikkelen. Bij interne factoren die van invloed zijn op psychopathologische klachten kun je denken aan biologische en psychologische factoren van een individu zoals gender, leeftijd, zelfvertrouwen en zelfbeeld, emotionele stabiliteit, (kern)cognities en persoonlijkheidskenmerken. Bij externe factoren gaat het vooral over zaken die zich buiten en in interactie met het individu afspelen, zoals leefomgeving, opvoeding, levensgebeurtenissen en iemands sociale netwerk.
Belangrijke onderzoeksvragen bij dit speerpunt zijn:
• Welke interne en externe factoren of gebeurtenissen dragen bij de ontwikkeling van psychopathologische klachten?
• Welke interne of externe factoren of gebeurtenissen verminderen psychopathologische klachten of beschermen tegen de ontwikkeling hiervan?
E-mental health
Technologische innovatie staat aan de basis van het onderwijs van de Open Universiteit, maar ook van het onderzoek. Digitale middelen die als doel hebben om de mentale gezondheid te bevorderen (e-mental health) worden steeds verfijnder en bieden nieuwe mogelijkheden voor interventies. Zo kan e-mental health worden gebruikt om de geestelijke gezondheidszorg toegankelijker, efficiënter en persoonlijker te maken. Voorbeelden zijn kunstmatige intelligentie inzetten om interventies aan te passen naar de voorkeuren van cliënten, virtual reality gebruiken om vaardigheden te leren die in het echte leven moeilijk te leren zijn en applicaties waarmee gebruikers hun klachten kunnen registeren om in het dagelijkse leven meer controle te krijgen over hun mentale gezondheid.
Belangrijke onderzoeksvragen bij dit speerpunt zijn:
- Wat is de toegevoegde waarde van e-mental health toepassingen in de geestelijke gezondheidszorg?
- Welke componenten van e-mental health zijn belangrijk om klachtvermindering en herstel te bewerkstelligen?
Transdiagnostische benadering
Met een transdiagnostische benadering wordt bedoeld dat specifieke diagnostische categorieën worden losgelaten en er aandacht is voor overstijgende factoren of processen. Denk bijvoorbeeld aan emotieregulatie, coping, cognitieve processen als aandacht en geheugen, en de manier waarop individuele symptomen (zoals angst, somberheid en slaap) voor een individu met elkaar samenhangen. Bij de vakgroep klinische psychologie komt de transdiagnostische benadering ook tot uiting in onderzoek naar dier-ondersteunde behandeling en vaktherapie. In deze behandelingen worden dieren, kunst, muziek, dans, drama en beweging therapeutisch ingezet om klachtvermindering te bewerkstelligen en welzijn te vergroten.
Belangrijke onderzoeksvragen bij dit speerpunt zijn:
- Welke transdiagnostische factoren zijn van invloed op (herstel van) klachten?
- Wat zijn de werkingsmechanismes van dier-ondersteunde behandeling en vaktherapie?
Patiëntgerichte uitkomsten
In de klinische psychologie is er steeds meer aandacht voor het betrekken van de cliënt bij de behandeling. Cliënten worden aangemoedigd om een actieve rol in te nemen in hun behandeling en keuzes over de behandeling in samenspraak met de behandelaar te nemen. Deze beweging zorgt er onder andere voor dat behandelingen niet alleen gericht zijn op afname van klachten, maar ook op andere uitkomstmaten. Zo is er in ons onderzoek in toenemende mate aandacht voor kwaliteit van leven, welzijn, veerkracht en sociale steun. Meer eigen regie bij de cliënt en meer focus op patiëntgerichte uitkomsten sluit goed aan bij de speerpunten over e-mental health en de transdiagnotische benadering.
Belangrijke onderzoeksvragen bij dit speerpunt zijn:
- Wat vinden cliënten belangrijk als het gaat om hun behandeling?
- Welk effect hebben psychotherapeutische interventies op patiëntgerichte uitkomstmaten?