Loopbaanoriëntatie en loopbaankeuzes op Agora-scholen
Het Agora-concept
Na de eerste Agora-school in Roermond kwamen er snel nieuwe Agora-scholen bij. Inmiddels zijn het er 32, verspreid over het land. Het merendeel zijn scholen voor voortgezet onderwijs. Het Agora-concept houdt in: geen schoolvakken, geen proefwerken, geen standaard lesrooster of jaarklassensysteem en geen rapporten. Alle leerlingen volgen hun eigen leerroute, rekening houdend met eigen tempo, niveau, plaats, proces, inhoud en resultaat. Als afsluiting van hun schoolloopbaan leggen Agora-leerlingen het gewone reguliere eindexamen af voor vmbo, havo en vwo.
Loopbaanoriëntatie en -begeleiding
Loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) is in het voortgezet onderwijs een verplicht onderdeel. Scholen hebben echter een grote mate van vrijheid bij de invulling ervan. Jos Claessen en Arnoud Evers hebben in kaart gebracht hoe Agora-scholen invulling geven aan LOB en ze vergeleken dat met twee reguliere scholen. Ze stelden vast dat zowel Agora-scholen als de reguliere scholen veel belang hechten aan LOB, maar er zijn nuanceverschillen. Bij Agora-scholen lijkt het persoonlijk belang van de leerling wat zwaarder te wegen, terwijl reguliere scholen de haalbaarheid van de profielkeuze en slaagkansen voor het examen ook laten meetellen.
De verschillen zijn groter als het gaat om personele invulling en organisatie. Bij Agora-scholen draait alles om de coaches en ouders spelen een belangrijke rol. LOB speelt vanaf het eerste onderwijsjaar en is geïntegreerd in het reguliere onderwijsaanbod van challenges, dagopening, inspiratiesessies, stages, presentaties, workshops etc. In het reguliere onderwijs is LOB ook wel ingebed in het reguliere onderwijsaanbod, maar het is ook een apart vak in het lesrooster. LOB wordt verzorgd in een samenspel van decanen, mentoren, docenten en LOB-functionarissen.
Loopbaankeuzes van examenleerlingen
De onderzoekers stelden de leerlingen een reeks vragen. Bijvoorbeeld of ze het gevoel hadden dat ze goed voorbereid zijn op de keuzes, op basis waarvan ze hun keuze voor profiel en vakkenpakket maken, en of ze voldoende steun krijgen bij die keuze. Op al die punten is er weinig verschil tussen Agora-scholen en de reguliere scholen. Er is wel een verschil als het gaat om de plannen voor direct ná het eindexamen. Van de leerlingen van de reguliere scholen zegt 90% dat ze willen gaan studeren. Bij de leerlingen van Agora-scholen is dat 63%. Bij hen zijn daarnaast een tussenjaar (28%) en gaan werken (9%) ook in trek.
Andere aanpak, zelfde resultaten
Als je kijkt naar de loopbaankeuzes van de examenleerlingen zie je ondanks de verschillen in aanpak en organisatie bijna geen significante verschillen in hoe de leerlingen de LOB ervaren, de criteria waarop ze hun keuzes maken, het belang dat ze hechten aan die keuzes en de manier waarop ze zich informeren. Belangrijk voorbehoud bij het vergelijken is dat Agora-scholen relatief 'jong' zijn en nog in de opbouwfase zitten als het gaat om LOB. Ze zitten in een fase van zoeken en uitproberen en dat leidt tot een grote diversiteit in aanpak. Dit in tegenstelling tot de reguliere scholen die in het onderzoek zijn betrokken. Die hebben in de loop der tijd een grote inhoudelijke en organisatorische expertise opgebouwd.
Download de rapporten
De onderzoekers publiceren hun onderzoeksresultaten in twee rapporten die - net als hun voorgaande rapporten - voor iedereen beschikbaar zijn.
